Spelling Blok 3 (2/4)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom!

Ga rustig zitten, pak je leesboek en ga lekker lezen!

Programma

- Lekker lezen (10')

- Lesdoelen doornemen (2')

- Terugblik (7')

- Instructie (5')

- Zelf aan de slag (20') 

- Evaluatie (5')

Terugblik (3')

Wat hebben de vorige les gedaan?

Wat weet je nog?

Lesdoelen 

Aan het eind van deze les...

• ... kun je het meervoud van zelfstandige naamwoorden vormen.

Voordat we beginnen...

Denk samen na over welke meervoudsvormen je al kent. Zet zoveel mogelijk woorden in het meervoud en schrijf op welke verschillende meervoudsuitgangen je kent. 

Meervoud op -en

Woorden die eindigen op een medeklinker

krijgen meestal -en in het meervoud.

Als het voor de uitspraak nodig is, verdubbel je 

de medeklinker of verenkel je de klinker.

kat - katten (niet: *katen), 

beer - beren (niet *beeren)

Twee meervoudsvormen

Sommige woorden hebben twee meervoudsvormen met elk een eigen betekenis, bijv.

Been --> been of beenderen?

Portier --> portiers of portieren?

Benadruk dat de lettergreepregel een uitzondering is op de regel voor het meervoud op -en.

Let op!

Eindigt een woord op een enkele 

a, i, o, u, y

dan krijgt het meervoud -'s.

Dat is nodig om de klank gelijk te houden. 

oma - oma's (niet: *omas)

baby - baby's (niet: *babys)

Benadruk dat de enkele 'e' hier niet tussen staat. Deze wordt aan het einde van een woord uitgesproken als stomme e en daar mag de -s direct achter. 

Meervoud op -ën

Bij woorden die eindigen op -ee of -ie maak je langer met -ën of met -"n (let op de plaats van de klemtoon)

fee = feeën

knie = knieën

bacterie = bacteriën

porie = poriën

Vreemde meervouden

Woorden uit het Latijn hebben soms nog hun Latijnse meervoudsuitgang.

museum = musea

politicus = politic

musicus = musici

Woorden zonder meervoud

Er zijn  woorden die geen meervoud kennen.

rommel

zand

rijst 

vee

Woorden zonder enkelvoud

Er zijn  woorden die alleen meervoud kennen en juist

geen enkelvoud.

hersenen

inkomsten

Welke meervoudsregel hoort erbij?

aardbei

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

alinea

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

asperge

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s

Welke meervoudsregel hoort erbij?

lokaal

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

reparatie

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -ën
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

vrachtauto

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

zebra

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

toverfee

1. meervoud op -en
2. meervoud op -ën
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Zelf aan de slag!

- Maak opdr. 23 - 25 (blz. 127)

- Klaar? Kijk je werk na voordat je verdergaat.

Had je alles goed? 

--> Maak de plusopdrachten (paars)

--> Lezen in je leesboek.

Had je meer dan 4 foutjes in de opdrachten?

--> Maak de extra oefeningen (blauw)

--> Maak één van de plusopdrachten

Extra oefening 

1. Meervoudsvormen (1)

2. Meervoudsvormen (2)

3. Meervoudsvormen (3)

4. Meervoudsvormen (4)

5. Meervoudsvormen (5)

6. Oefening: meervoud op -ën

Lees de theorie op blz. 126

Plusopdrachten

Het meervoud van 'blik' is blikken, maar het meervoud van 'dommerik' is dommeriken (met één k).

Zoek uit welke bijzondere spellingsregel hier van toepassing is. Schrijf de resultaten in je eigen woorden op in je schrift.

Plusopdrachten

1. Meervoudsvormen (alles door elkaar)

2. Meervoudsvormen (alles door elkaar)

3. WERKWOORDSPELLING: 

Oefenen met de pv in de tegenwoordige tijd (t.t.) én verleden tijd (v.t.) van zwakke en sterke werkwoorden **