Economie H5, Europa H1

Europa
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Europa

Slide 1 - Slide

Wat maakt een land een open land?

Slide 2 - Open question

H1 Waar produceren?

Open of gesloten?

Nederland heeft een open economie
Dat wil zeggen dat Nederland in verhouding veel handelt met het buitenland.
Heeft een land een gesloten economie dan handelt het land weinig met het buitenland.

Slide 3 - Slide

Waarom is er internationale handel?
Producten kunnen het best en het goedkoopst gemaakt worden in bepaalde landen vanwege:

  • de natuurlijke omstandigheden (klimaat, grondstoffen)
  • de loonkosten per product
  • de infrastructuur

Slide 4 - Slide

Vrijhandel & protectie
Protectie is het beschermen van de eigen economie tegen buitenlandse concurrentie.
Bij vrijhandel zijn er geen handelsbelemmeringen: er mag vrij gehandeld worden met het buitenland.
Vrijhandel kan voor elk land de welvaart vergroten, want je kunt producten die het buitenland (relatief) goedkoper maakt importeren en zelf je afzetmarkt vergroten door te exporteren.

Slide 5 - Slide

Vormen van protectie
Protectie is het beschermen van binnenlandse bedrijven tegen buitenlandse concurrentie door bijv.
  • Importheffing (import duurder maken)
  • Importquota (max aantal import)
  • Importverboden
  • Kwaliteitseisen
  • Exportsubsidies (binnenlands product goedkoper maken)

Slide 6 - Slide

De concurrentiepositie van een land wordt NIET bepaald door de...
A
kwaliteit van de productie
B
loonkosten per product
C
infrastructuur
D
kwantiteit

Slide 7 - Quiz

Als de arbeidsproductiviteit in verhouding sneller stijgt dan de lonen, zullen de loonkosten per product..
A
stijgen
B
dalen
C
gelijk blijven

Slide 8 - Quiz

Welke hoort niet in het rijtje thuis?
A
invoerrechten
B
Invoerquota
C
invoerverbod
D
exportsubsidie

Slide 9 - Quiz

Als de overheid extra geld geeft aan exporterende bedrijven, dan is er sprake van ...
A
invoerrechten
B
contingentering
C
exportsubsidie
D
invoerverbod

Slide 10 - Quiz

Eens of Oneens?
Door goedkopere producten te produceren dan landen om je heen, verslechter je de internationale concurrentiepositie.
A
Eens
B
Oneens

Slide 11 - Quiz

Juist of onjuist?
Een hogere arbeidsproductiviteit leidt tot een slechtere concurrentiepositie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

De betalingsbalans
Overzicht van ontvangsten uit het buitenland en uitgaven aan het buitenland


Slide 13 - Slide

Lopende rekening 

Export en Import
Primaire inkomens over grens: winst, rente
Kapitaalrekening

Investeringen, leningen en beleggingen

Slide 14 - Slide

Maken 
1.1 t/m 1.7
stopwatch
00:00

Slide 15 - Slide