In de babytijd ontstaat een hechtingsrelatie die de basis vormt voor later vertrouwen en veiligheid. (Vorige les hechting)
Een dreumes toont meer sociaal gedrag, zoals het gebruiken van gebaren en interacties met leeftijdsgenoten.
In de peutertijd ontwikkelt het kind meer zelfstandigheid en sociale vaardigheden zoals delen en samenwerken.