H4C week 9, herhalen toetsstof

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

H4C argumenteren en drogredenen

Toetsstof: pagina 192 t/m 204 en 210 t/m 217

Test je kennis

Feitelijk of waarderend?
Mobieltjes in de klas moeten verboden worden. Ze zijn irritant.

1. Feitelijk
2. Waarderend

Feitelijk of waarderend?
In een luxe restaurant hoor je altijd met een goed dessert af te sluiten.

1. feitelijk
2. waarderend

Feitelijk of waarderend?
De meeste schoolliefdes lopen op niets uit.

1. feitelijk
2. waarderend

DUS:

Feitelijk: controleerbaar, je kunt hierover niet van mening verschillen

Waarderend: subjectief, je kunt erover discussiëren

Weerlegging

Tegenargument

Ontkracht het standpunt

Ontkracht het argument

Niemand houdt in de gaten of ze gamen of in bed liggen.

Het is fijn dat ze weer vrienden ontmoeten.

Leerlingen worden thuis te veel afgeleid.

Het is goed dat de leerlingen weer naar school mogen.

Standpunt

A 1

A 2

A 1.1

Jij hebt nooit zin om te zwemmen.

We zijn er al heel lang niet meer geweest.

Laten we vandaag naar het zwembad gaan.

Standpunt

A 1

A 1.1

Let op!

Naar beneden kun je altijd het woordje 'want' ertussen zetten of denken.

Naar boven kun je altijd het woordje 'dus' ertussen zetten of denken.

Standpunt --> want --> argument

Ik ga niet op uitwisseling, want ik vind het te spannend in een gastgezin.

Argument --> dus --> standpunt

Ik vind het te spannend in een gastgezin, dus ik ga niet op uitwisseling.