Les 3 in het restaurant

En el restaurante
in deze les leer je:


-zeggen wat je wel en niet lekker vindt
1 / 12
next
Slide 1: Slide
SpaansBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

En el restaurante
in deze les leer je:


-zeggen wat je wel en niet lekker vindt

Slide 1 - Slide

Nakijken página 2
a. A mi me encantan las lentejas.
b. A ti te gustan las patatas fritas
c. A mi compañero/a de mesa no le gusta nada el chocolate/la             verdura. 
   Mi compañero/a de mesa odia el chocolate/la verdura.
d. A mi profesor/a no le gusta nada la verdura/el chocolate. Mi     
    profesor/a odia la verdura/el chocolate.

Slide 2 - Slide

Wanneer gebruik je GUSTAR?
GUSTAR

Slide 3 - Slide

página 3 werkboek
Ejercicio 7 Zoek de zes voedingsmiddelen

Verdura
Jamón
chocolate
pollo
arroz
patatas

Slide 4 - Slide

Reageren op vragen met GUSTAR
- A mí me gusta el chocolate, ¿y a tí?
* A mí también = ik ook
* A mí no = ik niet

- A mí no me gusta el chocolate, ¿y a tí?
* A mí tampoco = ik ook niet
* A mí sí = ik wel


Slide 5 - Slide

hoe zeg je...?
1. Maria houdt van coca cola.
2. Jij houdt van aardappelen.
3. Ik houd van groenten.
4. Ik houd niet van vis.
de zes voedingsmiddelen
1. A María le gusta el chocolate.
2. A ti te gustan las patatas.
3. A mi me gustan las verduras.
4. A mi no me gusta el pescado.

Slide 6 - Slide

Wat betekenen de volgende zinnetjes?



  • Me encanta     
  • me gusta mucho     
  • no me gusta (nada)     
  • odio     

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Vertaal de zinnetjes aan de hand van het YouTube filmpje

Slide 9 - Slide

MAAK EEN MENUKAART
GEBRUIK HIERVOOR DE WOORDJES UIT DE WOORDENLIJST EN EL RESTAURANTE

Slide 10 - Slide

Tareas (viernes ...)
WOORDENLIJST EN EL RESTAURANTE LEREN

Slide 11 - Slide

0

Slide 12 - Video