6. Gelijkheid en vrijheid

Terugblik
diversiteit
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Terugblik
diversiteit

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen: aan het einde van deze les

  • kun je uitleggen wat de Nederlandse Grondwet is en wat grondrechten zijn;
  • kun je uitleggen wat discriminatie, stereotypen en vooroordelen zijn;
  • weet je dat gelijkheid in artikel 1 van de Grondwet is vastgelegd;
  • begrijp je hoe stereotypen en vooroordelen kunnen leiden tot discriminatie;
  • ben je je bewust van je eigen stereotypen en vooroordelen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Weet je wat er in artikel 1 van de grondwet staat?
Ja
Ne

Slide 3 - Poll

This item has no instructions

Wat is voor jou het belangrijkst in artikel 1?
Wat is voor jou het belangrijkst in artikel 1?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

In hoofdstuk 1 van de Grondwet zijn de grondrechten van burgers vastgelegd. Welke vindt jij het belangrijkst?
Recht op gelijke behandeling
Recht om te stemmen bij verkiezingen
Recht op vrijheid van godsdienst
Recht op vrijheid van meningsuiting
Recht op privacy

Slide 5 - Poll

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

09-02-2021: Verbod op discriminatie wegens handicap en seksualiteit
Welke grenzen zitten er aan de vrijheid van meningsuiting?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Grenzen vrijheid van meningsuiting
Discriminatie: Het maken van onderscheid tussen mensen op kenmerken die bij een bepaalde situatie niet toe doen.

Aanzetten tot geweld
Haat zaaien
Iemand beledigen



Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen ''stereotype'' en ''vooroordeel''?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Het verschil tussen ''vooroordeel'' en ''stereotype''
Een vooroordeel is een mening over een persoon of groep die niet op feiten is gebaseerd.

Bijvoorbeeld: ‘dikke mensen zijn gezellig’ of ‘blondjes zijn dom’.

Vooroordelen zijn gebaseerd op stereotypen: een beeld over een groep dat vaak niet klopt met de werkelijkheid: te eenvoudig of juist overdreven.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wanneer is er sprake van een vooroordeel en wanneer van discriminatie?

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Discriminatie
Discriminatie is het anders behandelen van een groep of individu vanwege kenmerken die er niet toe doen in een situatie, bijvoorbeeld sekse, huidskleur, geaardheid, leeftijd, religie of handicap.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Hoor of zeg je dit wel eens?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Herken je de antwoorden van de mensen op straat? Hoe zou dat komen?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Opdracht 1: Vooroordelen en stereotypen
1. Als je vooroordelen had, waar zouden die vandaan komen? Probeer zo precies mogelijk te zijn.

2. Wat vind je ervan dat je vooroordelen hebt?
3. Is er ook een positieve kant aan vooroordelen?
4. Noteer vijf vooroordelen die heersen onder
jongeren over bepaalde groepen.
5. Noem twee stereotypen uit de media (denk aan spoken word, stand-upcomedy, enzovoort).
6. Een vooroordeel is dus een mening die niet op feiten is gebaseerd. Waarop is een vooroordeel dan wel gebaseerd, denk je?






Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting: reflectie/evaluatie
Nu:

Kun je uitleggen wat de Nederlandse Grondwet is en wat grondrechten zijn.
Kun je uitleggen wat discriminatie, stereotypen en vooroordelen zijn.
Weet je dat gelijkheid in artikel 1 van de Grondwet is vastgelegd.
Begrijp je hoe stereotypen en vooroordelen kunnen leiden tot discriminatie.
Ben je je bewust van je eigen stereotype en voordelen.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions