Tekst 21B

les 21
In deze les:
- α-stammen
- bijwoord
- inhoud 21B
1 / 29
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

les 21
In deze les:
- α-stammen
- bijwoord
- inhoud 21B

Slide 1 - Slide

instructie
hier volgen enkele slides die de verschillende Griekse bijwoorden toelichten & bevragen

vervolgens worden er aan de hand van tekst 21B - houdt deze dus bij de hand! - vragen gesteld over de grammatica

de laatste slides behandelen de cultuur van 21B

Slide 2 - Slide

Bijwoord
Definitie: een bijwoord zegt iets iets over een willekeurig ander element van de zin dat geen zelfstandig naamwoord is. Het geeft zodoende de mate waarin of de manier waarop weer.

Bijwoorden worden op verschillende manieren gevormd

Slide 3 - Slide

afgeleid van bnw:
gen pl - ων => -ως
VB: ῥαδιος, ῤαδιων => ῤαδιως


bij comparativi & enkele bnw:
acc.N.sg = bijwoord
VB: μονος => μονον
βελτιων (comp.) => βελτιον
bij superlativi & enkele bnw:
acc.N.sg. = bijwoord
VB: πολυς => πολλα
ταχιστος => ταχιστα

anders / vaste vormen:
εὐ
ὡδε
μαλα

Slide 4 - Slide

bijwoord
andere woordsoort
δεινως
μεγας
ὡς
μονον
ἀυτης
ψευδως
μαλα
ἐκ
πανυ
πας
ἡδυς
οὐδεν

Slide 5 - Drag question

Vertaal het bijwoord, afgeleid van een superlativus, dat je vindt in r.1 t/m 11

Slide 6 - Open question

waar is het bijwoord ἀναγκαιως (r.11) van afgeleid?
A
het is geen bijwoord
B
de comparativus ἀναγκαιων
C
de superlativus ἀναγκαιστος
D
het bijv.nw. ἀναγκαιος

Slide 7 - Quiz

r.11 ἀναγκαίως τὴν ἐμὴν ἀρχὴν δέχεσθαι μέλλει.
hij zal mijn heerschappij accepteren.
- deze vertaling mist het bijwoord - noteer de correcte vertaling van de zin

Slide 8 - Open question

vragen bij de tekst
de volgende vragen bevragen met name de werkwoorden van de α-stammen uit tekst 21B

Slide 9 - Slide

ἐρωτῶ (r.1)
benoem de vorm - kijk naar de context
A
coniunctivus
B
indicativus
C
participium
D
imperativus

Slide 10 - Quiz

ἤγγειλαν
benoem de vorm
A
inf praes
B
ind imperf 3e sg
C
ind aor 3e pl
D
ptc praes nom sg

Slide 11 - Quiz

ἤγγειλαν + AcI
noteer de A en de I

Slide 12 - Open question

τελευτῆσαι
benoem de vorm
A
inf aor
B
inf praes
C
ind 2e sg (med) praes
D
ind 2e sg (med) aor

Slide 13 - Quiz

r.9 welk signaal geeft ἱνα?

Slide 14 - Open question

ὁρωσι (r.9) - hoe noemen we deze vorm?
A
coniunctivus adhortativus
B
coniunctivus generalis
C
coniunctivus futuralis
D
coniunctivus finalis

Slide 15 - Quiz

ἐλπίζῃ (r.10) + AcI
noteer de A en de I

Slide 16 - Open question

ὁρῶν (r.10) - benoem de vorm
A
1e sg ind impf
B
inf praes
C
ptc nom sg
D
3e pl ind impf

Slide 17 - Quiz

ὁρῶν - wat is het congruent?
(= het woord waarmee het congrueert)
A
Ὀρεστην
B
τις
C
τον νεκρον
D
ζην

Slide 18 - Quiz

benoem de vorm τιμήσω (r.13)
(modus - tijd - persoon - getal)

Slide 19 - Open question

ἐτόλμησάν (r.18) - van τολμαω, leg uit waarom er een η in deze vorm is verschenen

Slide 20 - Open question

vervoeging van ἐάω - welke vorm tref je in regel 21?

Slide 21 - Open question

vervoeging van ἐάω - welke vorm tref je in regel 22?

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide

Na de moord op Agamemnon...
Klytaimnestra & Aigisthos :
verantwoordelijk voor de dood van Agamemnon
machthebbers in Mykene
Elektra, dochter van Ag&Kl, zint op wraak

Slide 24 - Slide

lees / scan p.48 (lesboek) en zet de gebeurtenissen op volgorde
1
2
3
4
5
Orestes doodt zijn moeder
Klytaimnestra rouwt om Orestes
Elektra rouwt om Orestes
Elektra redt haar broer 
Orestes is op de vlucht

Slide 25 - Drag question

A
B

Slide 26 - Slide

Welke van de vorige afbeeldingen past het beste bij tekst 21B?
A
A
B
B

Slide 27 - Quiz

A = Aigisthos spoort Klytaimnestra aan Agamemnon te doden
B = Aighisthos onthult de zojuist vermoorde Klytaimnestra

Slide 28 - Slide

HW
vertalen 21B
r.1 t/m 11
leren woorden 21B (linkerrijtje)

Slide 29 - Slide