This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Items in this lesson
basiszorg VP/VZ
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je weet wat het doel is van valpreventie
Je weet het belang van het melden van een valincident
Je weet de risicofactoren van valincidenten
Je weet de risico's op vallen te inventariseren
Je weet hoe je het beste vallen bij de zorgvragers kan voorkomen
Slide 2 - Slide
Deze les
Inloggen Lessonup
Theorie valpreventie
Theorie belang van valpreventie en melden
Quiz
Afronding
Slide 3 - Slide
Wat kun je doen om vallen te voorkomen?
Slide 4 - Open question
Oorzaken van vallen
Persoonsgebonden (intrinsieke) factoren
Omgevingsgebonden (extrinsieke) factoren
Slide 5 - Slide
Wat zijn oorzaken voor een verhoogd valrisico? (Persoonsgebonden)
Slide 6 - Mind map
Oorzaken persoonsgebonden
Verminderd reactievermogen
Verminderd evenwicht/ spierkracht
Urine incontinentie
Verminderd zicht en gehoor
Problemen met lopen
Cognitieve en psychische achteruitgang
Geneesmiddelengebruik
Slide 7 - Slide
Wat zijn oorzaken voor een verhoogd valrisico? (Omgevingsgebonden)
Slide 8 - Mind map
Oorzaken omgevingsgebonden
Onvoldoende verlichting
Hoge drempels
Losse kleedjes en voorwerpen
Meubilair dat niet past bij de persoon
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Welke medicijnen kunnen tijdelijk of langdurig het risico om vallen versterken?
Slide 11 - Open question
Lichamelijke gevolgen
Ruim 52:000 heeft een botbreuk
11.000 breken hun heup en 11.000 hun pols
27.000 wordt opgenomen voor gemiddeld 12 dagen
24.000 loopt na een val een fractuur op
75- plussers breken vaker hun heup als gevolg
11% wordt behandeld voor een polsfractuur
Slide 12 - Slide
Sociale gevolgen van een valongeval bij ouderen
Slide 13 - Open question
Sociale gevolgen
De helft van de ouderen worden nooit meer de oude
Bang om opnieuw te vallen
Hoger medicatiegebruik
Minder actief
Woningaanpassing of verhuizing
Risico op gezondheidsklachten neemt toe
Slide 14 - Slide
Waarom aandacht voor vallen?
Slide 15 - Open question
Hoe wordt een valincident gemeld?
Slide 16 - Open question
Hoe wordt het valrisico geinventariseerd?
Slide 17 - Open question
Inventariseren valrisico
Valrisicotest
Valanamnese
Risico signalering
Valagenda
Video valpreventie
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Hoe kan je vallen voorkomen (preventie)?
Slide 20 - Mind map
Valpreventie maatregelen nemen
Voorlichting en bewustwording voor ouderen
Deskundigheidsbevordering voor medewerkers
Regelmatig de risico's bij de cliënt en de omgeving inventariseren
(Bijna) valincidenten inventariseren
Cliënt, mantelzorgers of familie betrekken
Slide 21 - Slide
Kleinschalige verbeter acties
Interventies gericht op de omgeving van de cliënt:
Plaats benodigdheden binnen handbereik
Beweegbare materialen op de rem
Bed in de laagste stand
Voorkom natte vloeren
Zorg voor voldoende verlichting
Attentie op aanwezigheid van obstakels
Bij ADL alle benodigdheden binnen handbereik
Slide 22 - Slide
Kleinschalige verbeter acties
Algemene interventies:
Goed schoeisel
Bied de cliënt uitleg over gebruik van hulpmiddelen
Bied de cliënt uitleg over mogelijke bijwerkingen van medicatie
Goede bril
Maak verhoogde risico duidelijk naar collega's toe
Bied frequente controle momenten
Slide 23 - Slide
Vitamine D
Ouderen met een lage vitamine D gehalte hebben meer kans om te vallen en op botbreuken
Vitamine D is samen met calcium van belang voor sterkere botten
Vitamine D kan opgenomen worden via voedsel en voldoende blootstelling aan de zon
Slide 24 - Slide
Voorbeelden hulpmiddelen om vallen te voorkomen
Slide 25 - Open question
Slide 26 - Video
is het omhoog doen van een bedhek een valpreventie middel? mag dit zomaar?
Slide 27 - Open question
Quiz over...
Slide 28 - Slide
Een voorbeeld van een persoonsgebonden factor; verantwoordelijk voor een valincident is een urine incontinentie.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 29 - Quiz
Een voorbeeld van een omgevingsgebonden factor; verantwoordelijk voor een valincident is een losliggen tapijt.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 30 - Quiz
Bang om te vallen valt onder lichamelijke gevolgen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 31 - Quiz
Wat is een ander woord voor botontkalking?
A
Osteoporose
B
Osteocracoom
C
Osteocytose
D
Osteoblastose
Slide 32 - Quiz
Als men ouder wordt, verliest men spierweefsel: is dit te voorkomen?
A
Ja, door veel eiwitten te eten
B
Ja, door te zorgen voor voldoende rust
C
Nee, je kunt het niet voorkomen, wel vertragen
Slide 33 - Quiz
Hoe meer ondersteuning iemand nodig heeft bij de ADL, hoe minder risico om te vallen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 34 - Quiz
Ook Vitamine D is belangrijk als het gaat over valpreventie. Het is belangrijk voor de groei en het behoud van stevige botten. Geeft zonlicht voldoende vitamine D?
A
Ja
B
Nee
Slide 35 - Quiz
Met welk instrument wordt gemeten of iemand de ADL zelfstandig kan uitvoeren?
A
bertolliindex
B
barmondindex
C
bartolindex
D
barthelindex
Slide 36 - Quiz
Wat betekent orthostatische hypotensie?
A
Tijdelijke bloeddrukdaling na het opstaan
B
Duizeligheid
C
Tijdelijke bloeddrukverhoging na het opstaan
D
moeite met staan
Slide 37 - Quiz
Oudere mannen vallen vaker dan oudere vrouwen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 38 - Quiz
Bepaalde medicijnen kunnen ervoor zorgen dat een cliënt eerder valt. Dit is ook het geval bij:
A
Paracetamol
B
Plastabletten
C
Voetschimmelmedicijnen
Slide 39 - Quiz
Waar staat het MIC formulier voor?
A
Mogelijkheden incidenten cliënten
B
Mogelijkheid informatie cliënten
C
Melding incidenten cliënten
D
Melding informatie cliënten
Slide 40 - Quiz
Leerdoelen
Je weet wat het doel is van valpreventie
Je weet het belang van het melden van een valincident
Je weet de risicofactoren van valincidenten
Je weet de risico's op vallen te inventariseren
Je weet hoe je het beste vallen bij de ZV kan voorkomen