What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Chapitre 1 - Le verbe avoir
Bonjour tout le monde!
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Bonjour tout le monde!
Slide 1 - Slide
Eerst even in het Nederlands...
Hoe vervoegen wij het werkwoord "hebben"?
Hebben = AVOIR
Slide 2 - Slide
Quel est l'objectif? (doel)
- Jullie kennen de persoonlijke voornaamwoorden
- jullie kunnen aan het eind van de les het werkwoord 'avoir' herkennen en vervoegen.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Ik
jij
hij
zij
wij - men
wij
jullie - U
Zij (v. mv)
zij (m. mv)
je - j'
Tu
il
elle
on
nous
vous
elles
ils
Slide 5 - Drag question
Slide 6 - Video
Encore une fois!
Nous avons = wij hebben
Vous avez = jullie hebben/ u heeft
Ils ont = zij hebben
Elles ont = zij hebben
Slide 7 - Slide
AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :
Slide 8 - Slide
Oefenen...
Pratiquer
Slide 9 - Slide
J'
Tu
Il / Elle
Nous
Vous
Ils / Elles
Ai
A
Ont
Avez
As
Avons
Slide 10 - Drag question
Wat betekent "nous avons"?
A
ik heb
B
u heeft
C
wij hebben
D
zij hebben
Slide 11 - Quiz
Wat betekent "il a" ?
A
hij heeft
B
zij heeft
C
u heeft
D
zij hebben
Slide 12 - Quiz
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. zij heeft
B. zij hebben
C. men heeft
D. jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1. nous avons
2. tu as
3. ils ont
4. on a
5. vous avez
6. elle a
Slide 13 - Drag question
Dans des phrases
Kies de juiste vervoeging: welke past in de zin?
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Non, j'.... un frère
A
ai
B
a
C
as
D
ont
Slide 16 - Quiz
Nous ..... une voiture et un vélo
A
a
B
ont
C
avez
D
avons
Slide 17 - Quiz
Le chat ... mal à la patte
A
ai
B
as
C
a
D
avons
Slide 18 - Quiz
Elles .... une grand-mère super!
A
avons
B
a
C
ont
D
avez
Slide 19 - Quiz
Vous ..... une grande chambre?
A
ai
B
avez
C
avons
D
as
Slide 20 - Quiz
Tu .... une sœur?
A
ont
B
a
C
as
D
avons
Slide 21 - Quiz
Il .... quinze ans
A
as
B
a
C
ai
D
avez
Slide 22 - Quiz
La ville .... beaucoup de magasins
A
avons
B
a
C
est
D
ont
Slide 23 - Quiz
Tu ... quel âge?
A
as
B
es
C
avez
D
ont
Slide 24 - Quiz
Jaques et Françoise .... trois pommes
A
ai
B
a
C
avons
D
ont
Slide 25 - Quiz
S'entraîner
Bron H page 48, 49, 50 & 51
Slide 26 - Slide
More lessons like this
THV1-fa-2324 - Persoonlijk vnw + avoir
October 2023
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Avoir
September 2023
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Herhaling Avoir 1 vwo havo
November 2023
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Le verbe avoir au présent de l´indicatif
October 2022
- Lesson with
19 slides
Etre & avoir
June 2024
- Lesson with
34 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Avoir
October 2024
- Lesson with
22 slides
Chapitre 1 - Le verbe avoir
September 2023
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Etre & avoir
November 2023
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1