Onzekerheid in meetwaarde: hoeveel de werkelijke waarde meer of minder kan zijn dan de gemeten waarde.
Significante cijfers: cijfers waar je voor instaat en die iets over de werkelijke waarde zeggen.
Aantal significante cijfers: nullen vooraan tellen niet mee, in midden en einde wel.
Bij vermenigvuldigen en delen geldt voor de uitkomst het kleinste aantal significante cijfers in de opgave.
Bij optellen of aftrekken geldt voor de uitkomst het kleinste aantal decimalen in de opgave.