Het verhaal gaat over Mufasa, een leeuw die de koning van de dieren is. Hij heeft één zoon, Simba, die hem later zal opvolgen. Simba wordt door zijn vader hiervoor opgeleid. Hij krijgt van zijn vader allerlei antwoorden op levensvragen. Mufasa legt hem onder andere de rechten en de plichten van het koningschap uit. De broer van de koning heet Scar, en die wil graag zelf koning worden. Hij heeft hier alles voor over. Scar zorgt ervoor dat Mufasa in de val loopt en sterft. Simba denkt van zichzelf dat hij schuldig is aan de dood van zijn vader. Hij durft niet naar de andere leeuwen terug en vlucht daarom de wildernis in. Daar ontmoet hij het stokstaartje Timon en het wilde zwijn Pumbaa die zijn vrienden worden. Simba blijft een aantal jaren bij hen. Hij wordt in die tijd ouder, sterker en wijzer. Aan het slot van het verhaal keert Simba als volwassen leeuw naar zijn eigen familie terug. Daar is veel veranderd. Scar is koning geworden en regeert op een wrede manier met hulp van de hyena's. Simba gaat met Scar vechten. Simba wint en wordt uiteindelijk de nieuwe leeuwenkoning.