Opdracht 1.
Je hebt besloten dat je in de zomervakantie wilt gaan werken om een extra zakcentje te verdienen. Voorafgaand aan het sollicitatiegesprek vindt eerst een telefonisch gesprek plaats. Lees de twee situaties door.
Situatie 1:
Je hebt gesolliciteerd om te gaan poetsen in het ziekenhuis van Heerlen. In de vacature staat dat je vroege diensten gaat draaien die zwaar zijn, hard werken dus! Je kunt samenwerken met je collega’s, maar houdt bovenal van poetsen.
Situatie 2:
Je hebt gesolliciteerd in de bediening in hotel Van der Valk Heerlen. In de vacature staat dat je vooral in de avonden en in het weekend moet werken. De diensten zijn lang en een vaste eindtijd is er niet. Je weet van aanpakken en bent gastvrij.
Tijdens het gesprek:
Stel jezelf kort voor (wie ben je/school/hobby’s/waarom je solliciteert).
Vertel waarom jij geschikt bent voor deze baan.
Je taalgebruik is formeel.
Je bepaalt zelf de inhoud van het gesprek.
Let tijdens het gesprek op stemgebruik, spreektempo, beleefdheid en inhoud (worden vragen bijvoorbeeld goed beantwoord).Schrijf voor elk gesprek twee dingen op die je goed vond gaan (top) en één ding dat beter kan (tip).