Les 5

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

BONJOUR et BIENVENUE!

Bonjour

et 

bienvenue!!

Lundi 16 septembre

Le programme pour aujourd'hui :

- Jij kunt zeggen en schrijven hoe je heet, waar je woont en hoe gaat het met jou;

- Jij kunt lidwoorden aanpassen;

- Jij kunt korte teksten begrijpen over personen en hun omgeving.

Objectif numéro 1

Jij kunt zeggen hoe je heet, hoe oud ben jij, waar je bent en hoe gaat het met jou.

Antwoord de vraag: hoe heet je? (Ik heet... - in het Frans)

Antwoord de vraag: waar woon jij? (ik woon in... - in het Frans)

Antwoord de vraag: Hoe gaat het? (Het gaat... - in het Frans)

Objectif numéro 2

Jij kunt lidwoorden aanpassen

Sleep het woord naar het juiste vakje. 

Mannelijk

Vrouwelijk

Meervoud 

Le garçon

Les quartiers

La fille

Enkelvoud / meervoud

Regarde bien :

Le collège (enkelvoud) - les collèges (meervoud)

La fille (enkelvoud) - les filles (meervoud)

Wat is de meervoud van "le" of "la"? 

En hoe maak jij het meervoud van een zelfstandig naamwoord?

Enkelvoud / meervoud

Regarde bien :

Le collège (enkelvoud) - les collèges (meervoud)

La fille (enkelvoud) - les filles (meervoud)

"la classe" in de meervoud:

"un" ou "une" ?

• le garçon francais = "un" ou "une" garçon francais ?
• un garçon francais 
• la fille néerlandaise = "un" ou "une" fille néerlandaise ?
• une fille néerlandaise
• le collège = "un" ou "une" collège ?
• un collège

un

une

la fille

la passion

le camping

La tante

La soeur

Le garçon

Objectif numéro 3

Jij kunt de klinkerbotsing begrijpen en aanpassen.

Klinkerbotsing

le hôtel 

le océan

Klinkerbotsing

le hôtel = l'hôtel

le océan = l'océan

"le aéroport" ou "l'aéroport"? Pourquoi/ waarom?

Klinkerbotsing : Pouf ! Apostrophe !

klinker + klinker

of

klinker + "h"

= Pouf ! Apostrophe !

le ami (de vriend) = l'ami

Madame Baichere habite à Amsterdam. Et toi, tu habites où ?

Objectif numéro 4

Jij kunt korte teksten begrijpen over personen en hun omgeving.

Objectif numéro 4

1/ Ouvre le livre page 16. La classe lit / leest;

2/ Zelfstandig werken: alle opdrachten t/m exercice 6, vraag 9 (pages 17 et 18).

Klaar? Oefen met Quizlet de woorden van Apprendre 1 en 2 (zie links in Magister).

Lesdoelen behaald?

- Jij kunt zeggen hoe je heet, waar je woont en hoe gaat het met jou;

- Jij kunt lidwoorden aanpassen;

- Jij kunt korte teksten begrijpen over personen en hun omgeving.

Heb je de lesdoelen behaald?

😒🙁😐🙂😃