02. TD e-mail+memo, TD wwspelling, TD stijl - ECOADMI417CH - 5 april 2019

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag? 
  1. uitdrukkingen
  2. taaldossiertoets: e-mail + memo
  3. opdracht taaldossier verwerken
  4. werkwoordspelling/stijl
  5. vooruitblik 

Slide 2 - Slide

Iets met de Franse slag doen.

Slide 3 - Mind map

Herkomst
  • Slag verwijst hier naar het slaan met de zweep; het gezegde met de Franse slag is oorspronkelijk een paardrijterm. 
  • Bestaat al sinds de 17e eeuw. 
  • Oorspronkelijk was de Franse (zweep)slag een bepaalde zwierige slag, maar later kreeg met de Franse slag de figuurlijke betekenis

Slide 4 - Slide

Iets met de Franse slag doen.
A
Franse kaas eten
B
iemand slaan op een (Franse) manier
C
iets haastig en slordig doen, iets afraffelen

Slide 5 - Quiz

Bijvoorbeeld:
Ik ga even met de Franse slag stofzuigen.

Slide 6 - Slide

Met iemand in conclaaf gaan.

Slide 7 - Mind map

Herkomst
  • Het Conclaaf is de ruimte in het Vaticaan waar de kardinalen in volstrekte afzondering bij elkaar komen om een nieuwe paus te kiezen.
  • Sinds 1878 is deze ruimte de Sixtijnse Kapel. 
  • Tot aan de pausverkiezing van 1978 werd de vergaderruimte zelfs op slot gedaan.

Slide 8 - Slide

Met iemand in conclaaf gaan.
A
met iemand in een gesloten ruimte zitten
B
met iemand afzonderen om met hem te overleggen
C
een verkiezing houden

Slide 9 - Quiz

Bijvoorbeeld:
Wij gaan even in conclaaf om het cijfer voor je examen te bepalen.

Slide 10 - Slide

Taaldossiertoets
  1. In plaats van Eigen wijs.

  2. Maak de opdrachten: e-mail + memo.
    Let op: geen brief, maar een e-mail. 

  3. Klaar? Werkwoordspelling in Stijl. 

Slide 11 - Slide

Taaldossiertoets
  1. Elkaar feedback geven. 
  2. Vul het beoordelingsformulier in.
  3. Wat voor cijfer geef je aan wie? 
  4. Ik noteer dit in het taaldossier. 

Slide 12 - Slide

Eerst werkwoordspelling

  1. Schrijf je naam en klas op je boekje.
  2. Werkwoordspelling maak hfst. 3 opdr. 3.2 en 3.3 (= taaldossier)
  3. Nakijken
  4. Meer dan 2 fout? 
    Dan kom ik je persoonlijk uitleg geven.


Stijl: hoe maak ik een tekst aantrekkelijk? 

  1. Theorieboek blz. 75 / overzicht
  2. Boekje: h. 1 opdr. 1-6
  3. = voor je taaldossier
  4. Na iedere opdracht zelf nakijken/samen
  5. Even kijken hoe ver we komen

Slide 13 - Slide

Volgende week: zie mail
  • Vervangende opdracht uiterlijk donderdag inleveren: e-mail schrijven m.b.t. simulatie.

  • Keuzedelen donderdag 60% af.

  • Rapporttoets e-mail schrijven: vrijdag 26 april

Slide 14 - Slide