§8.1 - Het werkt V2

§8.1 - Het werkt
Je leert welke orgaanstelsels je hebt en hoe je spieren aan energie komen.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

§8.1 - Het werkt
Je leert welke orgaanstelsels je hebt en hoe je spieren aan energie komen.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

De werking van je lichaam
Cellen: je organen zijn opgebouwd uit cellen.
Weefsel: bestaat uit cellen die op elkaar lijken en dezelfde functie hebben.
Organen: delen van het lichaam met een bepaalde taak.
Organenstelsel: organen die samen werken aan dezelfde taak.

Romp: hier zitten de meeste organen | Middenrif: verdeelt buikholte en borstholte.



Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

Je moet kennen: het verteringsstelsel, het ademhalingsstelsel, het bloedvatenstelsel, het zenuwstelsel en het uitscheidingsstelsel.
Welke orgaanstelsels heb je?
  • Verteringsstelsel: maakt voedsel zo klein, dat de voedingsstoffen in het bloed kunnen worden opgenomen.

  • Ademhalingsstelsel: de longen nemen vanuit de lucht zuurstof op in het bloed en geven CO2 af vanuit het bloed aan de lucht.

  • Bloedvatenstelsel: vervoert voedingsstoffen, zuurstof en andere stoffen.

  • Uitscheidingsstelsel: hiermee raakt je lichaam afvalstoffen kwijt.

  • Zenuwstelsel: zorgt dat alle organen/orgaanstelsels goed werken en samenwerken (hersenen: impuls -> zenuwen).

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 6 - Video

This item has no instructions

0

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Wat is de taak van het ademhalingsstelsel?
timer
0:30

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Wat is de taak van het bloedvatenstelsel?
timer
0:30

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Hoe zijn je cellen opgebouwd?
Organellen: onderdelen vd cel met een bepaalde functie

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hoe komen spieren aan energie?

Energie ontstaat bij de verbranding van energierijke voedingsstoffen, zoals glucose. Voor de verbranding van glucose heb je zuurstof nodig.

Actieve orgaanstelsels:
  • Verteringsstelsel
  • Ademhalingsstelsel
  • Bloedvatenstelsel

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

De verbranding van glucose:
CO2 en water zijn afvalstoffen. CO2 wordt uitgescheiden via het ademhalingsstelsel en water via het uitscheidingsstelsel (nieren), zweten en uitademen.


Verbranding vindt plaats in alle cellen van je lichaam. Door de vrijgekomen energie kun je bewegen, warm blijven, denken, stoffen maken en afbreken.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

samenwerken
Hoe komen spieren aan energie ?

Verbranding:
Glucose + zuurstof = 
energie + koolstofdioxide + water

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Welke 3 factoren heb je nodig bij een verbrandingsproces?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Welke stoffen ontstaan er na een verbranding

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Verwerken van afvalstoffen

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 18 - Video

This item has no instructions

Welke stoffen hebben we nodig om te kunnen bewegen?
A
zuurstof, glucose
B
water, glucose
C
water, zuurstof
D
zuurstof, water, glucose

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een orgaanstelsel?
A
alle organen die werken
B
alle organen die bezig zijn met leven
C
alle levende organen
D
alle organen die samenwerken aan 1 taak

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

In welke onderdelen van het lichaam vindt er verbranding plaats?
A
maag
B
cellen
C
lever
D
darmen

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Waar haal je je energie uit?
A
slapen
B
eten
C
rennen
D
drinken

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn je afvalproducten?
A
co2 en energie
B
water en warmte
C
co2 en warmte
D
water, co2 en warmte

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Verzuurde spieren: ontstaat als er te weinig zuurstof in de spiercellen is, glucose wordt dan afgebroken zonder zuurstof = vergisting -> er ontstaat een beetje energie + melkzuur. Dit melkzuur prikkelt de pijnzenuwen -> brandende pijn ; 'je kunt niet meer'
Energierijke stoffen: voedings-stoffen met veel energie.
Glucose: belangrijkste energiestof.
Zuurstof: omzetten glucose --energie door verbranding.
Afvalstoffen: water en CO2.

Verbranding vindt plaats in je cellen. Het levert ook warmte op.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Welke twee functies heeft een goede training = warming up en cooling down?

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Huiswerk
Iedereen: vragen lesson up 8.1 beantwoorden.
Maak opdrachten 3 t/m 19 + nakijken + laten zien in Lesson Up.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions