This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
2.2 Evaluating work
Slide 1 - Slide
Wat gaan we deze les doen?
Deze les gaan wij samen alle vormen van de past simple leren te gebruiken.
Je bent vrij om individueel te werken. Kun je mij van elk stukje (+), (-), (?) tien goede antwoorden laten zien, mag je de woordjes leren op bladzijde 80 van je boek. (Tip: Studygo.com)
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Past simple
We gebruiken de past simple om aan te geven dat iets in het verleden is gebeurt.
- He played the guitar a lot when he was younger
- He got defeated by a 9-year-old at Fortnite
Slide 4 - Slide
Past simple
Voor regelmatige werkwoorden plakken we -ed achter het werkwoord. Play>played, defeat>defeated.
- He played the guitar a lot when he was younger
- He got defeated by a 9-year-old at Fortnite
Slide 5 - Slide
Past simple
Eindigt het werkwoord op een medeklinker+-y? Dan verandert de y in -ie.
To try>tried
To play>played
Eindigt het werkwoord op een e? Dan plak je er alleen een d achter.
To like > liked
Slide 6 - Slide
Past simple
Vaak kun je een zin ook in de verleden tijd zetten door het werkwoord 'to be' te gebruiken.
I was very proud of my Victory Royale.
You were very proud of your Victory Royale.
He/She/It was very proud of his/her/its Victory Royale.