Les 3.1 - herhaling

Herhaling H3
Lesplanning:
  1. Vragenrondje
  2. Korte uitleg: felheid van lampjes
  3. Keuze:
    - Opdracht schakelingen 1 t/m 11
    - Opgaven oefentoets
  4. Afsluiting: meerkeuzevragen
1 / 27
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Herhaling H3
Lesplanning:
  1. Vragenrondje
  2. Korte uitleg: felheid van lampjes
  3. Keuze:
    - Opdracht schakelingen 1 t/m 11
    - Opgaven oefentoets
  4. Afsluiting: meerkeuzevragen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vragen?!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Felheid van lampjes

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Zelfstandig voorbereiden toets
Keuze uit:
  • Oefenopgaven schakelingen 1 t/ m 9 en vraag 11 (in Teams)
  • Oefenopgaven elektriciteit (in Teams) 
  • Opgaven uit je boek nogmaals maken.

De opdrachten vindt je in Teams in de map bestanden.
timer
25:00

Slide 4 - Slide

VWO alle vragen m.u.v. vraag 15
Gemengde schakeling

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Schakeling 1
Schakeling 2
Schakeling 3
Schakeling 4
Neem de schakeling over en bereken de gevraagde spanning, stroomsterkte of weerstand.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Quiz schakelingen
12 vragen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Kees wilt drie lampjes parallel schakelen. Hierbij wilt hij dat ieder lampje apart aan of uit te zetten is door een schakelaar. Welk schakelschema moet Kees gebruiken?
A
B
C
D

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions


Hoe groot is de totale spanning?

A
0V
B
6V
C
18V
D
36V

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Over het eerste lampje staat een spanning van 10 V. Wat is de spanning van de spanningsbron?
A
2 V
B
10 V
C
40 V
D
50 V

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions


Hoe groot is de spanning van spanningsbron U?
A
3 V
B
6 V
C
9 V
D
12 V

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

De spanning van de spanningsbron is 30 V.
De weerstand R1 = 100 Ω en weerstand R2 = 200 Ω.
Bereken de spanning over R1.
A
0,1 V
B
10 V
C
20 V
D
0,001 V

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Hoe groot is de stroomsterkte in deze schakeling?
A
2 A
B
3A
C
5 A
D
1,2 A

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

De stroomsterkte door de batterij is?
A
0,1 A
B
0,2 A
C
0,3 A
D
0,6 A

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions


De lampjes zijn identiek.
De totale stroomsterkte is 4,0 A.
Wat is dan de stroomsterkte door lampje A?

A
8,0 A
B
4,0 A
C
2,0 A
D
6,0 A

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

De totale stroomsterkte is ...
A
0,6 A
B
0,4 A
C
0,3 A
D
0,15 A

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

De stroomsterkte
door de bovenste
weerstand is:
A
0,6 A
B
1,7 A
C
2 A
D
0,7 A

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

De stroomsterkte in het linker lampje is 36mA
Wat is de stroomsterkte door het rechter lampje ?
A
36 mA
B
12 mA
C
9 mA
D
4 mA

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions


De lampjes in de schakeling zijn gelijk. Welke schakeling geeft meer licht?
A
Schakeling I
B
Schakeling II
C
Ze geven geen licht
D
Schakeling I en II

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Bereken de de stroomsterkte
door de spanningsbron.
A
3,6A
B
2,5A
C
22,5A
D
9,0A

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

G (S)
R(Ω)
U (V)
I (A)
Totaal
13
G1
0,2
5
G2
0,5
2
9,1
1,43
2,6
0,7
13
6,5

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

Felheid van lampjes
Batterijen schakelen
serie- en parallelschakeling

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Batterijen in serie = spanningen optellen

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Batterijen parallel 
De totale spanning is gelijk aan de spanning van één batterij.
De batterijen gaan wel
langer mee.
1,5 V  

Slide 24 - Slide

This item has no instructions


Opdracht:
Bouw een schakeling met
2 lampjes (10Ω) en 2 batterijen (9V)
die ...
  1. zoveel mogelijk licht geeft;
  2. zo min mogelijk licht geeft.


timer
5:00

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Serieschakeling
Des te meer lampjes je in serie aansluit op een spanningsbron des te                              branden de lampjes. Dit komt doordat de totale weerstand toeneemt, waardoor de stroomsterkte door de lampjes                               . 

Parallelschakeling
Wanneer je lampjes parallel aansluit blijven de lampjes      
                                   branden. De spanning en de stroomsterkte door de lampjes blijft dus gelijk.

  
...
...
...
feller
even fel
zwakker
toeneemt
afneemt

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

Om een lampje feller te laten branden moet je batterijen                             aansluiten. 

  
...
in serie
parallel

Slide 27 - Drag question

This item has no instructions