3.2 Warmte en milieu

3.2 Warmte en milieu
1 / 19
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

3.2 Warmte en milieu

Slide 1 - Slide

Kelvin en Celsius

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Ik kan iemand uitleggen wat een warmtebron is.
Ik weet wat fossiele brandstoffen zijn.
Ik kan minstens drie soorten fossiele brandstoffen opnoemen.
Ik ken de drie voorwaarden in de branddriehoek.
Ik kan iemand uitleggen wat een versterkt broeikas effect is.

Slide 3 - Slide

Voorbeelden van
warmtebron

Slide 4 - Mind map

Warmtebron
Warmtebron maakt warmte

Kachel, centrale verwarming (cv), gasfornuis

Warmtebronnen halen warmte uit brandstoffen 
        (aardgas, steenkool, stookolie, benzine en hout)

Slide 5 - Slide

Fossiele brandstoffen
Ontstaan uit dode planten en dieren
Duurt duizenden jaren

Steenkool, aardolie en aardgas < fossiele brandstoffen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Aardolie is een fossiele brandstof
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

Hou is een fossiele brandstof
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Branddriehoek
Nodig voor een verbranding
- brandbare stof
- zuurstof
- ontbrandingstemperatuur

Slide 10 - Slide

Hoeveelheid zuurstof
Voldoende zuurstof: 
waterdamp en koolstofdioxide

Onvoldoende zuurstof:
roet, koolstofmono-oxide (gevaarlijk!)

Slide 11 - Slide

Koolstofmono-oxide ruikt zoet
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Te weinig zuurstof
Voldoende zuurstof
Roet
Koolstofmono-oxide
Heetste vlam

Slide 13 - Drag question

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Wat is het broeikaseffect?
A
afgeven warmtestraling van zon aan de aarde
B
tegenhouden van warmtestraling van aarde naar ruimte
C
tegenhouden van warmtestraling van ruimte naar aarde

Slide 16 - Quiz

Wat gebeurt er met de zeespiegel door het versterkt broeikaseffect?
A
wordt lager, omdat er meer water verdampt
B
stijgt, omdat meer sneeuw en ijs smelt
C
met de zeespiegel gebeurt niets

Slide 17 - Quiz

Leerdoelen
Ik kan iemand uitleggen wat een warmtebron is.
Ik weet wat fossiele brandstoffen zijn.
Ik kan minstens drie soorten fossiele brandstoffen opnoemen.
Ik ken de drie voorwaarden in de branddriehoek.
Ik kan iemand uitleggen wat een versterkt broeikas effect is.

Slide 18 - Slide

Opdrachten maken
Opdrachten 1 t/m 18
Blz. 142-145

Klaar? Extra lezen en maken (blz. 146)

Slide 19 - Slide