Pulsar Hst 4 Geluid BS 1 E2

Pulsar Hst 4 Geluid BS 1    
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Pulsar Hst 4 Geluid BS 1    

Slide 1 - Slide

Geluid 
  • Is trillende lucht
  • Heeft altijd een bron nodig, iets dat de trilling van de lucht  veroorzaakt
  • Heeft iets nodig om doorheen te reizen, een tussenstof
      
 voorbeelden van  trillingsbronnen:                    voorbeelden van tussenstof:
             stembanden                                                                             lucht
        snaren van een gitaar                                                                water

Slide 2 - Slide

Je gaat nu eerst twee filmpjes bekijken

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Geluid van bron naar ontvanger
Bron: maakt het geluid (de trilling)

Tussenstof: vervoert het geluid (de trilling)

Ontvanger: hoort het geluid doordat het trommelvlies in het oor ook gaat trillen. 


Slide 6 - Slide

Wat als er geen tussenstof is?
Een tussenstof bestaat altijd uit deeltjes.

Deze deeltjes kunnen elkaar aanstoten waardoor een trilling (geluid) door de tussenstof heen kan gaan.

Als er geen deeltjes zijn (dus als er vacuüm is) kan een trilling (het geluid) dus niet verder.

Bij een vacuüm kun je een geluid dus niet horen

Slide 7 - Slide

Geluid versterken
Om een geluid harder te maken kun je het versterken op twee manieren:

  • Met een klankkast, bijvoorbeeld in een viool

  • Door het geluid om te zetten in een elektrisch signaal, bijvoorbeeld bij een elektrische gitaar of een microfoon. Je hebt dan nog wel wat extra's nodig.........

Slide 8 - Slide

Geluidsinstallatie
Deze bestaat uit:
Microfoon: vangt trillingen op die omgezet worden in een elektrische stroom

Versterker: zorgt dat de elektrische stroom groter wordt

Luidspreker: zet de elektische stroom weer om in trillingen (geluid)

Het geluid dat uit de luidspreker komt is harder dan zonder de geluidsinstallatie

Slide 9 - Slide

Even een paar vraagjes om te kijken of je het al weet

Slide 10 - Slide

Hoe heet een voorwerp dat zelf geluid maakt?

Slide 11 - Open question

Geluid onstaat door ....... in een geluidsbron.
A
trillingen
B
stroom
C
licht
D
snelheid

Slide 12 - Quiz

Wat is geen geluidsbron?
A
Microfoon
B
Gitaar
C
Luidspreker
D
Bel

Slide 13 - Quiz

Je ontvangt geluid in je oor, de trillingen worden opgevangen door
A
je hamer
B
je trommelvlies
C
je neusholte
D
je trilharen

Slide 14 - Quiz

Waar kan geluid zich niet doorheen bewegen?
A
Lucht
B
Water
C
Beton
D
Vacuüm

Slide 15 - Quiz

Op welke manier versterkt een geluidsinstallatie geluid?
A
Met een klankkast
B
Elektrisch

Slide 16 - Quiz

Belangrijkste van deze paragraaf:

Iets wat zelf geluid maakt is een geluidsbron

Geluid is een trilling die door een geluidsbron wordt gemaakt

Geluid kan zich alleen voortplanten door een tussenstof, dus niet door vacuüm!

Slide 17 - Slide

Een tussenstof geeft dus de trilling door tot in je oor. Daar komt het tegen je trommelvlies aan, dit gaat ook trillen en geeft signalen door aan jouw hersenen.

Versterking van geluid kan met een klankkast (bv in een gitaar) of elektrisch met een versterker.

Slide 18 - Slide

Je kunt nu de opgaven en de test jezelf van BS 4.1 gaan maken. 

Succes!

Slide 19 - Slide