VMBO 2 par 3.2 wie is de baas

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Paragraaf 3.2

wie is de baas?

Lesdoel

Na deze les weet je :

• Wie is de werkgever en wie is de werknemer
• Wat is een arbeidsovereenkomst

• Wat is een vaste en een tijdelijke baan

Werknemer en werkgever

Leerdoel 1

Wie is de werkgever en wie is de werknemer

Leerdoel 2

Wat is een arbeidsovereenkomst

Arbeidsovereenkomst

Arbeidsovereenkomst

• Schriftelijke afspraak tussen werkgever en werknemer
• Wat staat erin?

• Wat voor werk doe je
  
• Hoeveel uren werk je 
• Hoeveel loon krijg je

Leerdoel 3

Wat is een vaste en een tijdelijke baan

Vaste baan <-> Tijdelijke baan

• Vaste baan: Baan waarbij geen einddatum is afgesproken.

• Tijdelijke baan: Baan voor een bepaalde tijd die eindigt op een afgesproken einddatum. 

• Flexibele baan: Je werkt alleen wanneer je werkgever je nodig heeft. Bijvoorbeeld uitzendwerk of oproepkracht. 

Check ✅

• Wie is de werkgever en wie is de werknemer
  
• Wat is een arbeidsovereenkomst
  
• Wat is een vaste en een tijdelijke baan
  

Aan de slag

• Lees paragraaf 3.2
• Maak de vragen 15 t/m 26 op blz 72 en verder
• Maak de lesson up les 3.2

Oefenen

Lees de theorie van de les nog eens goed door en maak daarna de vragen van  deze lesson up.

Succes!

Wat is een werkgever?

1. Iemand die bij een bedrijf/winkel werkt
2. Een bedrijf/winkel die werknemers in dienst heeft
3. Een leerling
4. Vakkenvuller

Een werkgever is:

1. Iemand die personen in dienst heeft die hij loon betaald.
2. Iemand die betaald werk doet voor een baas.

Wie is er in onderstaande gevallen een werkgever?

1. Aart is leider bij een voetbalteam
2. Anton is hoofd van de afdeling planning
3. Eline heeft een kapperszaak met personeel
4. Janine is hoofd van de kassa's bij Albert Heyn

Een werkgever is

1. iemand die minstens tien mensen in dienst heeft.
2. iemand die een of meer mensen laat werken.
3. iemand die anderen het werk laat doen.
4. iemand die een of meer mensen in loondienst heeft.

Waar horen de werkgevers?

1. Aanbod van arbeid
2. Vraag naar arbeid

Een werknemer is iemand

1. die één of meerdere werkgevers in dienst heeft
2. die in dienst van een baas werk doet
3. die de baas is

'Werknemer'
Dat is....

1. iemand die een of meer mensen in loondienst heeft
2. een zelfstandig ondernemer
3. Iemand die in loondienst betaald werk doet
4. een vrijwilliger

Een werknemer is

1. iemand die in loondienst werkt
2. een ZZP'er (zelfstandige zonder personeel)
3. betaalt de salarissen
4. ontvangt een loon of salaris

werknemers zijn de:

1. aanbieders van arbeid
2. vragers van arbeid
3. zowel aanbieders als vragers van arbeid
4. als je uitsluitend bij de overheid werkt

Wat is een werknemer?

1. Een bedrijf die mensen in dienst heeft
2. Een leerling
3. Iemand die bij een bedrijf/winkel werkt
4. De baas

Een arbeidsovereenkomst is een

1. afspraak tussen de werkgever en werkgever.
2. papier waarop staat hoeveel pauze je hebt.
3. diploma om te mogen werken.
4. document met de arbeidstijden.

Wat is een arbeidsovereenkomst?

1. Een groep bedrijven die hetzelfde doen
2. Werk bij een uitzendbureau
3. Een afspraak tussen werkgever en werknemer.
4. Een afspraak tussen klant en verkoper

Wat is een arbeidsovereenkomst?

1. Een afspraak tussen werkgever en werkgever
2. Opzegtermijn
3. Proeftijd
4. Vacature

Wat is een vaste baan?

1. Een baan voor bepaalde tijd
2. Een baan van 9 uur tot 17 uur
3. Een baan wanneer je werkt op verzoek van de baas
4. Een baan voor onbepaalde tijd

Een vaste baan is een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

1. Juist
2. Onjuist

Een vaste baan is

1. Een baan waarbij je vaste dingen moet doen.
2. dat je altijd op dezelfde bowlingbaan bowlt
3. Een ijsbaan.
4. een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

een kenmerk van een vaste baan is?

1. geen vaste einddatum
2. een einddatum
3. je mag nooit ontslagen worden
4. je hebt geen proeftijd

Jesper werkt in de supermarkt, hij heeft een contract met een einddatum

1. Hij heeft een tijdelijke baan
2. Hij heeft een vaste baan

Een vaste baan is:

1. Vaste uren, onbepaalde tijd
2. Vaste uren, bepaalde tijd
3. Flexibele uren, onbepaalde tijd
4. Flexibele uren, bepaalde tijd

Chris heeft een nieuwe contract getekend op zijn werk. Op zijn nieuwe contract staat geen einddatum.
Kies het juiste economische begrip.

1. Vaste baan
2. Tijdelijke baan

Bij een vaste baan heb je een

1. arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
2. arbeidsovereenkomst voor een bepaalde tijd