Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Toets
Slide 1 - Slide
Succes!
Denk goed na.
Lees niet te snel.
Je krijgt alle tijd!
Heel veel succes!
Slide 2 - Slide
Een multiculturele samenleving is ...
A
een land waarin alle culturen even belangrijk zijn.
B
een land waarin men tot één cultuur moet gaan behoren.
C
een land waar mensen van verschillende culturen samenleven.
D
een land waar veel mensen naartoe vluchten.
Slide 3 - Quiz
Als je in Nederland bent geboren en je ouders niet, dan ben je een allochtoon / autochtoon. (Kies het goede antwoord)
Tekst
Slide 4 - Open question
Ben je in het buitenland geboren en toen naar Nederland verhuisd, dan ben je een allochtoon / autochtoon. (Kies het juiste antwoord)
Slide 5 - Open question
Zijn je ouders in Nederland geboren en jij ook, dan ben je een allochtoon / autochtoon. (Kies het juiste antwoord)
Slide 6 - Open question
Hiernaast zie je drie verhuisbewegingen. Combineer het juiste begrip met de juiste pijl.
Migrant
Emigrant
Immigrant
Slide 7 - Drag question
In de vorige eeuw kwamen veel mensen naar Nederland. Uit welke landen kwamen ze vooral?
A
Australië en Amerika
B
Japan en India
C
Suriname en Marokko
D
Turkije en Afrika
Slide 8 - Quiz
Bekijk de foto hiernaast. Wanneer zijn deze moeder en dochter allebei autochtoon?
A
Als de dochter in Nederland is geboren.
B
Als de moeder in Nederland is geboren.
C
Als ze beide in Spanje zijn geboren en zijn verhuisd naar Nederland
D
Als ze in Nederland wonen en hier ook zijn geboren.
Slide 9 - Quiz
Inwoners van Rome en het Romeinse rijk heten
A
Galliërs
B
Germanen
C
Onderdanen
D
Romeinen
Slide 10 - Quiz
De naam die de Romeinen gaven aan de volkeren in Midden-Europa die niet door de Romeinen overwonnen waren in de tijd van Grieken en Romeinen ...
A
Galliërs
B
Romeinen
C
Onderdanen
D
Germanen
Slide 11 - Quiz
De naam van volkeren in West-Europa in de tijd van de Grieken en Romeinen is
A
Galliërs
B
Germanen
C
Onderdanen
D
Romeinen
Slide 12 - Quiz
Mensen waarover een vorst de baas is noem je
A
Galliërs
B
Germanen
C
Onderdanen
D
Romeinen
Slide 13 - Quiz
De Romeinen namen allerlei dingen over van de overwonnen volkeren. Een van de dingen die ze overnamen was het maliënkolder. Waar dient een maliënkolder precies voor?
Slide 14 - Open question
De Romeinen namen dingen van andere volken over. Welke dingen namen ze over?