2tl EN Present Simple + Present Continuous

Welcome Class 2tl EN!
Put your phones in the phone pockets
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welcome Class 2tl EN!
Put your phones in the phone pockets

Slide 1 - Slide

What are we going to do today?
Korte herhaling Present Simple
Oefenen met Present Continuous

Slide 2 - Slide

Ik loop naar school. 
I walk to school. 
Jij loopt naar school. 
You... 
Hij loopt naar school. 
He walks to school. 
Zij loopt naar school. 
She... 
Het loopt naar school. 
It... 
Wij lopen naar school. 
We... 
Jullie lopen naar school. 
You...
Zij lopen naar school. 
They ... 
Bevestigende zinnen in de Present Simple

Slide 3 - Slide

Ik loop niet naar school. 
I don't walk to school. 
Jij loopt niet naar school. 
You... 
Hij loopt niet naar school. 
He... 
Zij loopt niet naar school. 
She... 
Het loopt niet naar school. 
It... 
Wij lopen niet naar school. 
We... 
Jullie lopen niet naar school. 
You...
Zij lopen niet naar school. 
They ... 
Ontkenningen in de Present Simple

Slide 4 - Slide

Loop ik naar school? 
Do I walk to school? 
Loop jij naar school? 
... you ...
Loopt hij naar school? 
... he ... 
Loopt zij naar school? 
... she ... 
Loopt het naar school? 
... it ... 
Lopen wij naar school? 
... we ...
Lopen jullie naar school? 
... you ... 
Lopen zij naar school? 
... they ... 
Vraagzinnen in de Present Simple

Slide 5 - Slide

Present Continuous
  • -ing vorm
  • "I am listening right now." 
  • am/is/are + werkwoord + ing
  • Je gebruikt de Present Continuous om te praten over dingen die nu (een poosje) aan de gang zijn. 
  • Woorden die vaak in de zin staan zijn: (right) now, at the moment.  

Slide 6 - Slide

Let op: 
share + ing = sharing / care + ing = caring
stop + ing = stopping / sit + ing = sitting 

Slide 7 - Slide

Present Continuous (ontkenning)
  • Een ontkenning maak je door not toe te voegen. 
  • Ik luister nu niet. 
  • > I am not listening right now. 
  • Hij luistert nu niet. 
  • > He is not listening right now.

Slide 8 - Slide

Present Continuous (vragen)
  • Een vraag maak je door am/is/are vooraan in de zin te zetten. 
  • Ben jij aan het luisteren? 
  • > Are you listening right now? 
  • Is hij aan het luisteren? 
  • > Is he listening right now?  

Slide 9 - Slide

Present Continuous > oefening
Vul in: 
1. We ... English right now. (to learn) 
2. She ... English right now. (not / to learn) 
3. ... they ... English right now? (to learn) 

Slide 10 - Slide

Oefen nu zelf!
> Ga naar de les van vandaag in Magister
> Klik op de oefeningen 

Slide 11 - Slide