H4.6 Zwangerschap

H4 Voortplanting en seksualiteit
H4.6 De zwangerschap
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H4 Voortplanting en seksualiteit
H4.6 De zwangerschap

Slide 1 - Slide

Vorig hoofdstuk: in welke bloedvaten worden stoffen uitgewisseld met het weefsel?
A
Slagaders
B
Haarvaten
C
Aders

Slide 2 - Quiz

Kim is op 7 februari ongesteld geworden. Rondom welke datum vindt waarschijnlijk haar eisprong plaats?
A
7 februari
B
14 februari
C
21 februari
D
28 februari

Slide 3 - Quiz

De vruchtbare periode

Slide 4 - Slide

Aan het einde van de les...
- Kun je beschrijven hoe de bevruchting bij de mens verloopt.
- Kun je beschrijven hoe een zwangerschap verloopt.
- Kun je uitleggen wat prenataal onderzoek is en hiervan voorbeelden noemen.

Slide 5 - Slide

Bevruchting
Altijd één zaadcel met  één eicel!

Slide 6 - Slide

Innesteling
Daar is die dikke laag baarmoederslijmvlies dus voor
Bevruchting gebeurt in de eileider

Slide 7 - Slide

Het baarmoederslijmvlies zonder bevruchting
Het baarmoederslijmvlies bij bevruchting

Slide 8 - Slide

Zwangerschap
8 weken = Embryo
9+ weken = Foetus

Uitgerekende datum: Dag laatste menstruatie +40 weken

Slide 9 - Slide

Zwangerschap
Bloed van de moeder en het embryo komt niet samen!

Slide 10 - Slide

De placenta
Wisselt stoffen uit tussen bloed van moeder en embryo/foetus. Nuttige stoffen gaan naar de foetus toe, de foetus geeft afvalstoffen af. 

Slide 11 - Slide

Welke (slag)ader vervoert wat in de navelstreng?

1
2
A zit vast aan de foetus
B is richting de placenta
zuurstof
koolstofdioxide
voedingsstoffen
afvalstoffen
Navelstrengader
Navelstrengslagader

Slide 12 - Drag question

Foetaal Alcohol Syndroom (FAS)
De placenta houdt veel schadelijke stoffen tegen, helaas niet alles. Alcohol en tabak kunnen bijvoorbeeld toch door de placenta. Sommige infectieziekten ook

Slide 13 - Slide

Zwanger, en dan?
Prenataal onderzoek > (pre = voor, nataal = de geboorte)

20-wekenencho: Kijkt naar het lichaam en de organen naar problemen (zoals aan het hart) + het geslacht

Slide 14 - Slide

De combi-test en NIPT-test
Berekenen de kans op sommige erfelijke aandoeningen, zoals Down-syndroom.
Combinatietest 9-14 weken): Test bloed van de moeder en meet de nekplooi van de foetus met een echo. 

NIPT (vanaf 11 weken): Een bloedprikje in de arm het DNA van de foetus onderzocht worden op sommige erfelijke aandoeningen.


Slide 15 - Slide

Zelfstandig werken
- Werk aan de opdrachten 1, 2,3, 5, 6, 7 en 8 van 4.6. (Huiswerk)


Slide 16 - Slide