1.6 Politieke Partijen

Burgerschap
Week 1.6
Politieke partijen 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Burgerschap
Week 1.6
Politieke partijen 

Slide 1 - Slide

Planning
Terugblik
Wat is een politieke partij
Verschillende partijen
Filmpje
Quiz
Opdracht


Slide 2 - Slide

Geef in je eigen woorden een omschrijving van het begrip democratie

Slide 3 - Open question

Woensdag 22 november stemmen voor de tweede kamer verkiezing.

Maar waarom? En hoe werkt dat? 

Slide 4 - Slide

Politieke partij:
Een politieke partij is een groep van politieke geestverwanten. Politieke partijen streven vaak meer dan één doel na, zoals bevordering van werkgelegenheid, een eerlijke inkomensverdeling, een schoon milieu of het bestrijden van criminaliteit. Omdat niet iedereen deze doelen op dezelfde wijze nastreeft, zijn er meer partijen ontstaan.

Slide 5 - Slide

Het verschil tussen rechts en links is het verschil tussen socialisten en liberalen.
Links: grote  rol overheid, eerlijke kansen voor iedereen, gelijke welvaart kern begrip: gelijkheid.

Rechts: Kleine rol overheid, zelfverantwoordelijkheid, meer marktwerking. Kernbegrip: Vrijheid.


links gaat over het algemeen uit van de maatschappij en rechts van het individu.

Slide 6 - Slide

Politieke partijen hebben verschillende ideeën over de samenleving. Op basis van die ideeën kun je politieke partijen indelen in 3 politieke stromingen

Slide 7 - Slide

Sociaal democratische partijen



  • De overheid moet ervoor zorgen dat er goede voorzieningen zijn voor iedereen.
  • De welvaart moet eerlijk verdeeld worden
  • De overheid moet actief ingrijpen om dat te bewerkstelligen
  • Voorzieningen als zorg moeten door de overheid geregeld worden
= GELIJKHEID

Slide 8 - Slide

Liberale partijen



  • Individuen en bedrijven moeten zich "in alle vrijheid" kunnen ontwikkelen.
  • De overheid moet zich zo weinig mogelijk bemoeien met de samenleving.
  • De zorg kan bijvoorbeeld best door "de markt" geregeld worden.
  • De consument kiest dan vanzelf voor de meest efficiënte aanbieders
= VRIJHEID

Slide 9 - Slide

Confessionele partijen




  • De overheid moet terughoudend zijn en moet allerlei zaken aan de samenleving overlaten.
  • Zorg is niet alleen de taak van overheid, burgers kunnen dit zelf ook organiseren.
= CHRISTELIJKE WAARDEN

Slide 10 - Slide

Populistische partijen
One-issue partijen
Partijen die hun standpunt bepalen op basis van emoties en opvattingen van groepen in de samenleving. 
Populisten proberen de zaken waar deze groepen zich kwaad over maken via de politiek te veranderen
Er zijn ook partijen die worden gevormd, omdat ze wel één doel nastreven. Dit worden belangenpartijen of 'one-issue-partijen' genoemd. 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Slide 16 - Video

Formatiespel
Van kiezen naar kabinet

Bekijk de filmpjes en luister naar de instructies

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

timer
10:00

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

timer
5:00

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

timer
15:00

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

timer
10:00

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

timer
10:00

Slide 28 - Slide


Als je hard werkt en risico's neemt mag je best meer verdienen. Je hoort dan niet gestraft te worden door meer belasting te moeten betalen.
A
Confessionele partij
B
Liberale partij
C
Sociaaldemocratische partij
D
Populistische partij

Slide 29 - Quiz


Ook voor de belangen van kleine winkeliers is één dag rust per week belangrijk. 
Daarom moeten op zondag de winkels niet open
A
Confessionele partij
B
Liberale partij
C
Sociaaldemocratische partij
D
Populistische partij

Slide 30 - Quiz


Je moet er van uit kunnen gaan dat de overheid zorgt voor genoeg geld om van te leven en te wonen
A
Confessionele partij
B
Liberale partij
C
Sociaaldemocratische partij
D
One-issue partij

Slide 31 - Quiz


Het is belangrijk dat je voor het welzijn van je medemens zorgt en niet alles van de overheid verwacht.
A
Confessionele partij
B
Liberale partij
C
Sociaaldemocratische partij
D
One-issue partij

Slide 32 - Quiz


Om de hoeveel jaar worden (normaal gesproken) de Tweede Kamerverkiezingen gehouden?
A
2 jaar
B
4 jaar
C
5 jaar
D
6 jaar

Slide 33 - Quiz

Links of recht? Slepen maar!
Links
Rechts
Meer regels, overheid regelt de bouw van bijvoorbeeld ziekenhuizen.
Minder regels, mensen regelen zelf de bouw van bijvoorbeeld ziekenhuizen.

Slide 34 - Drag question


Wanneer mag je niet stemmen?
A
Als je ouder bent dan 80 jaar.
B
Als je jonger bent dan 18 jaar.
C
Als je jonger bent dan 16 jaar.
D
Als je IQ lager is dan 50.

Slide 35 - Quiz