This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
TaalCompleet A2 thema 5 herhaling lesstof
Slide 1 - Slide
Zet het goede woord in de zin
Slide 2 - Slide
In groep 3 tot en met 8 van de basisschool leren kinderen ..............., lezen en schrijven.
A
theorie
B
rekenen
C
omgaan met
D
praktijk
Slide 3 - Quiz
Op het mbo leer je meestal een beroep waarbij je veel met je handen werkt, zoals schilder, kok of timmerman. Je loopt stage en leert veel in de .........................
A
praktijk
B
theorie
C
universiteit
D
mbo
Slide 4 - Quiz
In groep 8 van de basisschool geeft de leraar een ............... voor de middelbare school.
A
praktijk
B
mbo
C
advies
D
theorie
Slide 5 - Quiz
Ik moet nu echt gaan studeren, want over twee dagen heb ik een ...............
A
prettig
B
rooster
C
examen
D
oefenen
Slide 6 - Quiz
Wil je de muziek zachter zetten? Ik vind het lawaai niet .................
A
prettig
B
mogelijk
C
eigen
D
bestaat
Slide 7 - Quiz
Op het .............. staat dat de lunch om 12.00 uur is.
A
discussie
B
mogelijk
C
programma
D
examen
Slide 8 - Quiz
Maak zinnen met de woorden:
Slide 9 - Slide
discussie
Slide 10 - Open question
het examen
Slide 11 - Open question
het rooster
Slide 12 - Open question
Maak de zinnen af
Slide 13 - Slide
Amira is erg sociaal, want ............
Slide 14 - Open question
Ik ga mijn broek strijken, omdat ................
Slide 15 - Open question
De kans op regen is groot, dus....................
Slide 16 - Open question
De verleden tijd:
zet het goede werkwoord in de zin.
Slide 17 - Slide
In de klas .................. wij niet praten.
A
vonden
B
mochten
C
wasten
D
waren
Slide 18 - Quiz
Anna ............ het examen niet zo heel erg moeilijk.
A
was
B
zei
C
vond
D
had
Slide 19 - Quiz
Ik .................. van mijn moeder altijd veel groente eten.
A
wilde
B
ging
C
was
D
moest
Slide 20 - Quiz
Lisa ............. niet in de les. Is ze ziek?
A
was
B
zei
C
vond
D
had
Slide 21 - Quiz
Sleep de woorden naar de goede plaats.
Slide 22 - Slide
De fabriek
De school
het examen
de machine
het onderwijs
verdienen
geslaagd
gezakt
de materialen
de techniek
Slide 23 - Drag question
mens of ding
werkwoord
andere woorden
alweer
het huiswerk
uitrusten
vanochtend
steeds
bijten
ontzettend
het tijdschrift
het centrum
zich voelen
streng
verdienen
Slide 24 - Drag question
Welk woord past in de zin?
Slide 25 - Slide
................ we morgen samen naar de stad gaan?
A
willen
B
zullen
Slide 26 - Quiz
Wil je vanmiddag even voor me naar de bakker ............?
A
gaat
B
gaan
Slide 27 - Quiz
................ je even helpen met opruimen?
A
wil
B
zal
Slide 28 - Quiz
Kan jij jouw gegevens op dit formulier ..............?