woordenschat

Woordenschat 

Ik kan de betekenis van de thema woorden uitleggen en deze gebruiken in een zin. 

1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsSpeciaal OnderwijsLeerroute 5Leerroute 6

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Woordenschat 

Ik kan de betekenis van de thema woorden uitleggen en deze gebruiken in een zin. 

Slide 1 - Slide

Wat is een krater?
A
Iemand die kratten maakt
B
Als je te veel hebt gedronken
C
Een gat in de grond
D
de opening van een vulkaan

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Slide

Wat is een ander woord voor magma?
A
Hete kolen
B
Puin
C
Vloeibaar gesteente
D
Kruiden voor in de soep

Slide 4 - Quiz

Mantel

Slide 5 - Slide

Wat is een ander woord voor 'Lava'
A
Hete kolen
B
Afgekoelde magma
C
Een verschuiving van aardplaten
D
Een modderstroom

Slide 6 - Quiz

Geoloog

Slide 7 - Slide

Wat is een ander woord voor 'Gasmasker'
A
Een masker dat je opzet als je gaat koken
B
Een masker dat stinkt
C
Een masker gemaakt van gas
D
Een masker dat je beschermt tegen giftige gassen

Slide 8 - Quiz

Geoloog

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Maak een zin met het woord:


Vulkaan





Slide 11 - Slide

Maak een zin met het woord:


Actief





Slide 12 - Slide

Maak een zin met het woord:


Lava





Slide 13 - Slide

Wat is een uitbarsting?
A
Eruptie
B
Asregen
C
Vulkanoloog
D
Geiser

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Hoe heet iemand die vulkanen bestudeert?
A
Eruptie
B
Vulkanoloog
C
Asregen
D
Geiser

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Wat is een bron die warm water uit de grond spuit?
A
Eruptie
B
Asregen
C
Vulkanoloog
D
Geiser

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Wat is het neerdalen van vulkanisch as?
A
Eruptie
B
Vulkanoloog
C
Asregen
D
Geiser

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide


Leg uit of noem een ander woord voor:




Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide