3.4 Geloof
1 / 21
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat is de reden dat de Romeinen de christenen niet accepteerden?
A
De christenen waren niet gehoorzaam
B
De christenen namen te veel plek in, in de stad
C
De christenen geloofden in één god
D
De christenen deden dingen in het geheim
Slide 2 - Quiz
Waarom moesten de eerste christenen erg dapper zijn?
A
Christenen moesten een hoge boete betalen.
B
Christenen werden in het Colosseum ter dood veroordeeld.
C
Christenen werden op het marktplein ter dood veroordeeld.
D
De Christenen werden in Afrika door leeuwen opgegeten.
Slide 3 - Quiz
Wat is de juiste hiërarchische volgorde binnen de katholieke kerk?
A
Priester - paus - bisschop
B
Paus - priester - bisschop
C
Bisschop - priester - paus
D
Paus - bisschop - priester
Slide 4 - Quiz
Wie is geen geestelijke?
A
Non
B
Paus
C
Bisschop
D
Vazal
Slide 5 - Quiz
De baas van alle bisschoppen.
A
Paus
B
Priester
C
Bisschop
D
Monniken/Nonnen
Slide 6 - Quiz
Wie was de leider van de Geestelijken?
A
De Koning
B
Bisschop
C
Priester
D
De Paus
Slide 7 - Quiz
Welke Romeinse keizer stopt de christenvervolging?
A
Keizer Nero
B
Keizer Constantinopel
C
Keizer Constantijn
D
Keizer Augustus
Slide 8 - Quiz
Vraag 9: Lees de twee onderstaande bronnen over christenvervolging.
Wat was volgens beide bronnen de oorzaak van de christenvervolging tijdens keizer Nero?
A
De christenen werden ervan verdacht, in opstand te willen komen tegen de keizer.
B
Veel christenen werden gedood omdat ze niet voor de keizer wilden offeren
C
Veel Romeinen waren bang dat de christenen allerlei rampen over het rijk brachten.
D
Volgens de keizer waren christenen onbetrouwbare brandstichters en relschoppers.
Slide 9 - Quiz
Welke Romeinse keizer liet de christenen heftig vervolgen?
timer
0:20
A
Theodosius
B
Constantijn
C
Nero
D
Augustus
Slide 10 - Quiz
Waarom zag keizer Nero de Christenen als een bedreiging?
A
De Christenen waren ongehoorzaam en alleen bezig met hun eigen geloof. Ze konden dus nooit goede Romeinse burgers worden.
B
Keizer Nero vond een geloof dat helemaal uit het Midden Oosten kwam niet geschikt als godsdienst voor het hele Romeinse Rijk.
C
Christenen zagen de Romeinse keizer niet als hun leider. Daarnaast kon er geen eenheid zijn als een deel van de bevolking wat anders geloofd.
D
De Christenen stonden op het punt om een opstand in heel het Romeinse Rijk te ontekenen. Nero was bang dat hij daardoor afgezet zou worden.
Slide 11 - Quiz
Waar beschuldigde keizer Nero de christenen van?
A
Zij doden baby's en aten ze op tijdens bijeenkomsten
B
Zij hadden de keizer beledigd
C
Zij hadden de stad Rome in brand gestoken
D
Zij weigerden om te buigen voor Romeinse goden
Slide 12 - Quiz
Welke Romeinse Keizer werd zelf christen?
A
Ceasar
B
Constantijn
C
Brutus
D
Agrippa
Slide 13 - Quiz
In 313 gaf keizer Constantijn de christenen godsdienstvrijheid.
A
waar
B
niet waar
Slide 14 - Quiz
Hoe wordt Jezus ook wel genoemd?
A
Prins
B
De verlosser
C
De Messias
D
De wijze
Slide 15 - Quiz
De volgelingen/discipelen van Jezus dachten dat hij De Messias was. Dit betekent dat Jezus volgens hen:
A
De Verlosser is
B
Een voorouder van Messi is
C
De laatste profeet is
D
Een apostel is
Slide 16 - Quiz
Om de betrouwbaarheid van een tekst te controleren, bekijk je de bron.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Betrouwbaarheid. Waar of niet waar:
de krant waarin het artikel is verschenen is een betrouwbare bron.
de krant waarin het artikel is verschenen is een betrouwbare bron.
A
waar
B
niet waar
Slide 18 - Quiz
ALs je een tekst wil toetsen op 'betrouwbaarheid', dan kijk je naar...
A
de bron
B
de auteur
C
de datum
D
alle voorgaande
Slide 19 - Quiz
Deze opdracht gaat over een schoolplaat uit 1903: Het Centraal Station in Amterdam van de kunstenaar Bernardus Bueninck (1864-1933).
Bestudeer de bron. Welke bewering is juist?
Bestudeer de bron. Welke bewering is juist?
A
De schoolplaat is een primaire bron en dat is een goede reden om te geloven dat de afbeelding klopt met de werkelijkheid in die tijd.
B
De schoolplaat is een primaire bron en dat is een goede reden om te twijfelen aan de historische betrouwbaarheid van de afbeelding.
C
De schoolplaat is een secundaire bron en dat is een goede reden om te geloven dat de afbeelding klopt met de werkelijkheid in die tijd.
D
De schoolplaat is een secundaire bron en dat is een goede reden om te twijfelen aan de historische betrouwbaarheid van de afbeelding.
Slide 20 - Quiz
Waar woont de Paus?
A
Rome
B
Sardinië
C
Vaticaan
D
Verona
