8.2 Radioactief verval (blokuur)

8.2 Radioactief verval
1 / 19
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

8.2 Radioactief verval

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Wie ben ik?
  • Huiswerk 8.1 bespreken
  • 8.2 Radioactief verval

  • Aan de slag!

Slide 2 - Slide

Wie ben ik?
Marleen de Groot
docent scheikunde en natuurkunde
3mavo, 3havo, 4 havo
werkdagen: di, woe, do

Slide 3 - Slide

blz. 202

Slide 4 - Slide

blz. 204

Slide 5 - Slide

blz. 204

Slide 6 - Slide

Leerdoelen van 8.2

Slide 7 - Slide

Instabiele kernen

Slide 8 - Slide

Ioniserende straling
Ioniserende straling schadelijke straling, het kan een molecuul kapot maken.

Slide 9 - Slide

Geigerteller
Een geigerteller meet de activiteit van een radioactief voorwerp in Becquerel (Bq).




                                                           1 Bq is 1 kern vervallen per seconde.

Slide 10 - Slide

Halfwaardetijd / Halveringstijd
De hoeveelheid radioactieve stof wordt na verloop van tijd steeds kleiner. 

De halfwaardetijd is van een radioactieve stof is de tijd die het duurt totdat nog de helft van de instabiele atoomkernen over is.


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
1) Lees 8.2 (blz. 207-209)

2) Maak opdracht 1 t/m 7 van 8.2 (p. 211-214)

3) Filmpje over Tsjernobyl

4) Quizvragen van LessonUp




timer
10:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Als de halfwaardetijd verstreken is, is de hoeveelheid straling verdubbeld
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Halfwaardetijd
A
Een stof met een lange halfwaardetijd is zeer radioactief
B
De radioactiviteit van een stof halveert als de tijd verdubbelt
C
Een stof met een korte halfwaardetijd is ongevaarlijk
D
Radioactiviteit neemt af met de tijd

Slide 16 - Quiz

Wat wordt bedoeld met de halfwaardetijd van een radioactieve stof?
A
het aantal moleculen dat per seconde wordt kapotgemaakt
B
het aantal atoomkernen dat per seconde verandert
C
de tijd waarin de hoeveelheid straling wordt gehalveerd
D
de tijd waarin een radioactieve stof straling uitzendt

Slide 17 - Quiz

IJzer-55 heeft een halfwaardetijd van drie dagen.

Hoeveel radioactiviteit is er na zes dagen nog over?

A
de helft
B
een kwart
C
een achtste
D
niets meer

Slide 18 - Quiz

IJzer-55 heeft een halfwaardetijd van drie dagen.

Hoeveel radioactiviteit is er na negen dagen nog over?

A
50%
B
25%
C
33,3%
D
12,5%

Slide 19 - Quiz