§5.1 Wat levert werken op? (25/01)

Hoofdstuk 5: Is er werk voor jou?
§5.1 Wat levert werken op?
§5.2 Wat voor ondernemingen?
§5.3 Doe jij mee op de arbeidsmarkt?
§5.4 Als je zonder werk zit 
3 MAVO
1 / 13
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2,3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5: Is er werk voor jou?
§5.1 Wat levert werken op?
§5.2 Wat voor ondernemingen?
§5.3 Doe jij mee op de arbeidsmarkt?
§5.4 Als je zonder werk zit 
3 MAVO

Slide 1 - Slide

Vandaag:
1. Introductie hoofdstuk 5
2. Theorie §5.1
3. Maken opgaven §5.1 
4. Afsluiting

Slide 2 - Slide

Doelen vandaag

  • Je kunt uitleggen wat voor arbeidsmotieven er zijn
  • Je kunt uitleggen hoe de hoogte van je loon bepaald wordt 
  • Je kunt je nettoloon berekenen 
  • Je kunt het verschil tussen wit, grijs en zwart werk uitleggen
  • Je kunt uitleggen wat het minimumloon is 

Slide 3 - Slide

Wie heeft er al een baantje?
Wat is voor jou de reden om te werken?

Slide 4 - Slide

Arbeidsmotieven
Motieven
Zijn redenen --> dus arbeidsmotieven --> redenen om te werken.

Welke arbeidsmotieven zijn er?

- geld verdienen
- nuttig en zinvol bezig zijn.
- sociale contacten.
- regelmaat aan je leven.
- nieuwe dingen leren 

Slide 5 - Slide

Geschoold en ongeschoold
Geschoold werk: opleiding voor nodig
  • leraar economie, doktersassistent, elektricien
Ongeschoold werk: geen opleiding nodig 
  • postbode, vakkenvuller, vuilnisman

NL= kenniseconomie: grote vraag is naar geschoold werk.
De overheid wil daarom dat iedereen een opleiding volgt.


Slide 6 - Slide

CAO = Collectieve Arbeids Overeenkomst 

Gezamenlijke afspraken over arbeidsvoorwaarden in een bedrijfstak.  De afspraken worden gemaakt tussen werknemersorganisaties (vakbonden) en werknemersorganisaties. 

Slide 7 - Slide

Wit werk

Betaald werk, waarover belasting en sociale premies wordt betaald.
Grijs / zwart werk

- grijs werk: onbetaald werk


- zwart werk: betaald werk, zonder belasting en sociale premies te betalen.
Dit is strafbaar!

Slide 8 - Slide

Bruto- en nettoloon
  • Brutoloon = afgesproken loon met werkgever
  • Nettoloon = brutoloon - (loonbelasting - sociale premies)

  • BRUTOLOON IS ALTIJD HOGER DAN NETTOLOON

Slide 9 - Slide

€ ............
€ 900,-
€ 300,-
€ 3.500,-
Brutoloon
Nettoloon = brutoloon - (loonbelasting + sociale premies)

Slide 10 - Slide

Slide 12 - Slide

Zelfstandig werken
Doen: Maken opgave 6, 7, 8, 11, 13, 15, 16

Vragen? Zacht overleggen met buurman, vinger opsteken

Klaar?
Beginnen met lezen theorie 5.2 

Slide 13 - Slide