Met behulp van moderne onderzoekstechnieken zijn steeds meer feiten boven tafel gekomen. Zo vermoedde men aanvankelijk dat Ötzi in de bergen door uitputting om het leven kwam, nadat hij lange tijd was blootgesteld aan de barre kou. Röntgenonderzoek toonde in 2001 echter aan dat er een vuurstenen pijlpunt vastzit in de linkerschouder van de ijsmummie. Die zou een slagader hebben geraakt. Het lijkt hierdoor waarschijnlijker dat de man doodbloedde nadat hij van dichtbij met een pijl in de rug werd neergeschoten. Na deze aanval zou zijn belager hem op zijn buik hebben gedraaid, zodat hij de pijl uit het lichaam kon trekken. Deze draaiing zou ook de opmerkelijke stand van Ötzi’s linkerarm verklaren. De pijlpunt bleef in het lichaam achter.
De kleine rotsachtige holte waar Ötzi na de aanval in belandde, zou al snel zijn bedekt door gletsjerijs, waardoor zijn lichaam uitzonderlijk goed bewaard bleef.
(https://historiek.net/otzi-de-ijsmummie-een-mummie-in-de-alpen/157059/)