8.2 Je ademt

Welkom!
1 / 38
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 38 slides, with text slides and 8 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!

Slide 1 - Slide

8.2 Je ademt

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 8.2

Slide 3 - Slide

Intro

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

0

Slide 6 - Video

Hoe haal je adem?
Om in en uit te ademen maak je je borstholte afwisselend groter en kleiner

Je longen zitten met een vlies vast in de borstholte...
je longen worden dus ook...

Slide 7 - Slide

Hoe haal je adem?

Bij het vergroten en verkleinen van je borstkas werken er spieren, de elasticiteit van weefsels en de zwaartekracht samen  (bron 1)


Slide 8 - Slide

0

Slide 9 - Video

Ademhaling
  • Ribademhaling of borstademhaling
het bewegen van je ribben om te ademen

  • Middenrifademhaling of buikademhaling
het bewegen van je middenrif om te ademen

Ze gebeuren meestal tegelijk

Slide 10 - Slide

0

Slide 11 - Video

Ademhaling
  • Ribademhaling of borstademhaling
het bewegen van je ribben om te ademen

  • Middenrifademhaling of buikademhaling
het bewegen van je middenrif om te ademen

Ze gebeuren meestal tegelijk

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

0

Slide 14 - Video

Zelf doen:
Bron 2 bestuderen
Opdracht 1 t/m 7  (v)
                   2 t/m 6 (H)

Slide 15 - Slide

Welkom!

Slide 16 - Slide

8.2 Je ademt (2)

Slide 17 - Slide

Leerdoelen 8.2

Slide 18 - Slide

Hoe komt O2 in je bloed?

Bouw ademhalingsstelsel
(bron 3)

Slide 19 - Slide

Intro

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

0

Slide 22 - Video

Hoe komt O2 in je bloed?
In de longblaasjes vindt
gaswisseling plaats:

02 uit de lucht, naar bloed
CO2 uit het bloed, naar lucht

Slide 23 - Slide

Gaswisseling

Slide 24 - Slide

Hoe komt O2 in je bloed?
  • Gaswisseling moet snel kunnen verlopen
  • Je hebt er dan ook veel (70-90 m2)
  • De wand van de blaasjes is zéér dun (0,0002 mm)
  • Rondom blaasjes veel haarvaten

Slide 25 - Slide

Waarom moet je ademhalen door je neus? 

Slide 26 - Slide

Lucht klaargemaakt voor longblaasjes
  1. Neusharen houden grote stofdeeltjes tegen.
  2. Slijmcellen in neusholte, luchtpijp en bronchiën maken slijm -> maakt lucht vochtig en stofdeeltjes en ziekteverwekkers blijven plakken.
  3. Trilhaartjes in het slijmvlies van luchtpijp en bronchiën zwiepen slijm met stofdeeltjes en ziekteverwekkers naar keelholte

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Ademhaling regelen

Slide 29 - Slide

Ademhaling regelen (V)
  1. Via koolstofdioxidezintuigcellen in bloedvaten
  2. Impulsen naar ademcentrum in hersenen
  3. Hersenen sturen signalen naar tussenribspieren en middenrifspieren.

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Ademfrequentie omhoog --> meer impulsen naar het hart --> hartslag omhoog

In rust of als je slaapt geldt het omgekeerde

Slide 32 - Slide

Zelf doen:
Bron 7 bestuderen
Opdracht 8, 9, 11, 12, 14, 15, 16 (V)
                   8 t/m 11 + 13 t/m 15 (H)

Slide 33 - Slide

Welkom!

Slide 34 - Slide

Hoeveel lucht adem je in en uit?
  • In de longen past 4-7 liter lucht = longvolume
  • De hoeveelheid lucht die je per minuut kan in- en uitademen = Ademvolume
  • Dit meet je met een spirometer. De resultaten zet je in een spirogram

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Spirogram
  • Rustvolume: halve liter in en uit
  • Vitale capaciteit: het maximale aantal liters lucht die je kunt uitademen
  • Restvolume: Lucht die achter blijft tijdens ademhaling
  • Totale longvolume: restvolume + vitale capaciteit

Slide 37 - Slide

Zelf doen!
Opdracht: 17 + 18 (19)

Slide 38 - Slide