This lesson contains 24 slides, with text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
Het weer:
temperatuur
Slide 1 - Slide
Huiswerk
Slide 2 - Slide
Het weer is een veelbesproken onderwerp tussen mensen. Er wordt gesproken over prachtig weer (wanneer de temperatuur hoog is en de zon schijnt), maar ook over hondenweer (wanneer de temperatuur laag is en het regent).
Is de luchtdruk over het algemeen hoger of lager bij prachtig weer?
Hoe ontstaat luchtdruk?
Slide 3 - Slide
De luchtdruk is hoger.
Lucht bestaat uit moleculen. Doordat de atmosfeer tientallen kilometers hoog is, zijn dat veel moleculen en dus een behoorlijk gewicht. Het gewicht van de luchtmoleculen die op de aarde (op ons) drukt, noem je luchtdruk.
Slide 4 - Slide
De laagst gemeten luchtdruk, was bij de orkaan Tip in 1979. Toen werd er een luchtdruk gemeten van 87 000 Pa.
Hoeveel mbar is 87 000 Pa?
Slide 5 - Slide
870 mbar
1mbar = 100 Pa
87 000 / 100 = 870 mbar
Slide 6 - Slide
In afbeelding 2 zie je een meter die de gasdruk aangeeft. 1 MPa = 1.000.000 Pa
a Hoe heet deze meter?
b Hoeveel mbar geeft de meter aan?
c Hoe kun je controleren of de ruimte waarin het gas zit, goed is afgesloten?
De luchtdruk is op het moment van het nemen van de foto 990 mbar.
Bereken de absolute druk in de ruimte.
Slide 7 - Slide
een manometer
0,3 MPa = 300 000 Pa = 3000 mbar
Je kunt de manometer contoleren. Als de druk gelijk blijft, dan weet je dat de ruimte goed is afgesloten.
Temperatuur menselijk lichaam (96 F) en smeltpunt water/zout (0 F)
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Temperatuur-gevoeligheid
Vloeistofthermometer - Hoeveel mm stijgt vloeistof als temperatuur met 1 graad toeneemt.
Slide 16 - Slide
Bimetaal thermometer
in bimetaalthermometer zit een strip bestaand uit twee verschillende metalen, meestal ijzer en aluminium
beiden hebben een andere temperatuur waarbij ze uitzetten of krimpen
ijzer zet bij een hogere temepratuur minder uit dan aluminium
strip is opgerold in spiraal
temperatuur wordt weergegeven met wijzer
Slide 17 - Slide
Leg uit wat er niet klopt aan onderstaande zin en geef aan hoe je hem kloppend kunt maken.
Wanneer de temperatuur lager wordt, worden de moleculen kleiner. Hierdoor wordt de snelheid ook lager.
Slide 18 - Slide
Aan de slag
Maken 1 t/m 9 van 2.3
timer
20:00
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Video
Dauwpunt
De temperatuur waarbij waterdamp
in de lucht gaat condenseren heet
het dauwpunt. Het dauwpunt hangt
af van de hoeveelheid vochtigheid
in de lucht: hoe meer vocht in de lucht,
hoe hoger het dauwpunt ligt.
Slide 21 - Slide
Hoe onstaat een wolk?
De zon verwarmt het zeewater, het vloeibare water verandert in waterdamp. Als de lucht met waterdamp afkoelt, treedt er condensatie op en ontstaat er een wolk
Hoe onstaat neerslag in een wolk?
Neerslag ontstaat als miljarden zwevende druppeltjes en ijsdeeltjes in wolken aan elkaar gaan kleven. Ze worden te zwaar en vallen naar beneden.
Slide 22 - Slide
Stapelwolken ontstaan door warme
lucht die uitzet. Bij het dauwpunt
gaan de lucht condenseren
(vlakke onderkant)
maar de bellen warme lucht stijgen nog verder, zo stapelen de wolken zich op.