1.1 Onbekende woorden - strategie

Welkom

Onbekende woorden
Nederlands
Wat heb je nodig?
Leesboek
Laptop (dicht)
Lesboek, schrift + pen
timer
2:30
1 / 27
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom

Onbekende woorden
Nederlands
Wat heb je nodig?
Leesboek
Laptop (dicht)
Lesboek, schrift + pen
timer
2:30

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
*Lezen
*Uitleg over woord strategieën;
*Uitleg flexmethode Nieuw Nederlands;
*Zelfstandig werken.
*Evaluatie.

Slide 2 - Slide

Lezen
#boekpraat
Wat spreekt je aan in je leesboek?
Wie is de hoofdpersoon?
Had het boek zich ook ergens anders af kunnen spelen?
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Leerdoel


Je leert de betekenis van onbekende woorden op te zoeken;


Slide 4 - Slide

Waarom vul je je schatkist met woorden?

*Heb je een grote woordenschat en veel kennis over deze woorden? Dan ben je beter in staat om een geschreven tekst te begrijpen. 

*Natuurlijk niet alleen woorden in teksten, maar ook in fragmenten en de gesproken taal. 

Slide 5 - Slide

In liedjes of raps .........

*je ziet een voorbeeld van de zanger Flemming, titel lied: 'Amsterdam'.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Voor een cabaretier ...................
*je kijkt naar een voorbeeld van Jochem Myjer, met als titel: 'Wakker worden'.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Overal kom je woorden tegen !

Slide 10 - Slide

Zie je een onbekend woord ?
Hoe vind je de betekenis van een onbekend woord in een tekst?
*je zoekt naar een synoniem in de tekst;
*je zoekt naar de omschrijving van het woord in de zin of tekst;
*je zoekt een voorbeeld of 
*je zoekt een tegenstelling in de tekst.

Slide 11 - Slide

Woordraadstrategie synoniem
Zoek naar een synoniem: een ander woord met dezelfde betekenis.
  • exact - precies
  • vreemde snuiter - rare snijboon - zonderling

Vaak vind je als je even verder leest in de tekst een synoniem voor een moeilijk woord dat je niet weet.
--> aantekeningen maken!

Slide 12 - Slide

Oom Gerrit is altijd erg joviaal, maar tante Sientje is niet zo hartelijk.
Wat is een synoniem voor joviaal?

Slide 13 - Open question

Woordraadstrategie omschrijving:
De schrijver geeft al een omschrijving  van het woord.

  • Mijn oma is geholpen aan staar, een aandoening waarbij de lens is vertroebeld.
  • Misofonie, mensen die zich ergeren aan bepaalde, op zich onschuldige, geluiden, zoals luid ademen en harde muziek uit oordopjes.
-->aantekeningen maken!

Slide 14 - Slide

Woordraadstrategie: een voorbeeld zoeken:
Soms staan er in een tekst voorbeelden om onbekende woorden uit te leggen. Je weet dan meteen wat de schrijver bedoelt.
  • Bij een voorbeeld vind je vaak de volgende woorden: bijvoorbeeld, zo is er..., zoals, denk maar aan..., neem
  • Ook een dubbele punt kan aangeven dat er voorbeelden volgen: 'zij houden van balsporten: voetbal, volleybal, korfbal.'


-->aantekeningen maken!

Slide 15 - Slide

Woordraadstrategie tegenstelling vinden:
  • Tegenstellingen zijn woorden die elkaars tegenovergestelde zijn.

  • Als je een onbekend woord tegenkomt, kun je soms de betekenis begrijpen doordat er in de tekst een tegenstelling staat.

  • Zoek je een tegenstelling? Let dan op de volgende woorden: maar, echter, toch, daarentegen.
Bijvoorbeeld:
Goedkoop - duur
begrijpelijk - onbegrijpelijk
--> aantekeningen maken!

Slide 16 - Slide

In Nederland dragen de meeste toer- en sportfietsers een helm, maar in het gewone verkeer bijna niemand.
Aan welk woord kun je zien dat je met een tegenstelling te maken hebt?
Tegenstelling?

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Tekst lezen samen
$1.1 (TH boek)/ opdracht 1: tekst 2 'Positief gevoel niet gewijzigd'

Slide 19 - Slide

Tekst lezen samen
$1.1 (KGT boek), opdracht 2: tekst 2  'Kangoeroes kunnen communiceren met ....mensen'

Slide 20 - Slide

Uitleg flexmethode
Je gaat naar:
som/ leermiddelen/ Nederlands/ cursus 1 / paragraaf 1.
Eerst theorie en instructievideo (thuis terug te lezen en/of te bekijken).
Klik op het gele start --> opdrachten.

Slide 21 - Slide

Zelfstandig werken
Je werkt in cursus 1: Meer dan Lezen.
Paragraaf $ 1: Onbekende woorden / Strategieën 
Je maakt opdracht 1 t/m 5 (som/leermiddelen/Nederlands/ cursus 1/$1)
TH: blz. 10 en KGT: blz.10
HA: blz. 10



timer
20:00

Slide 22 - Slide

Aan het werk of verlengde instructie
Je werkt zelfstandig of samen aan de opdrachten van cursus 1, $1 Onbekende woorden/ Strategieën. 

OF
Je doet mee aan de verlengde instructie voor KGT.

Slide 23 - Slide

Aan het werk of verlengde instructie
Je werkt zelfstandig of samen aan de opdrachten van cursus 1, $1 Onbekende woorden/ Strategieën. 

OF
Je doet mee aan de verlengde instructie voor TH.

Slide 24 - Slide

*Huiswerk --> cursus 3 fictie
$1 fictie en non-fictie: opdracht 1 t/m 4

Slide 25 - Slide

Evaluatie van de les

Heb je de lesdoelen behaald?

Wat ging er goed en wat ging er niet zo goed?





Slide 26 - Slide

Heb je de lesdoelen behaald?
A
Ja, ik heb alle doelen behaald.
B
Nee, ik heb nog niet alle lesdoelen behaald.
C
Nee, ik heb geen enkel lesdoel behaald.

Slide 27 - Quiz