1. Welke taal werd in de middeleeuwen gesproken in de Lage Landen en wat zijn kenmerken van deze taal? 2. Welke verhaalsoorten waren er in de middeleeuwen? Vertel er iets over. 3. Wat is een minstreel? Leg uit. 4. Wat gebeurde er op een hofdag? 100 woorden 5. Wat is de feodale maatschappij? 100 woorden 6. Wat kun je vinden over de rol van de rooms-katholieke kerk in de middeleeuwen? 7. Wat kun je vinden over de boekdrukkunst in de middeleeuwen?
Slide 7 - Slide
Volgende week
Korte presentatie van 2-3 minuten waarin je de rest van de klas uitlegt hoe het zit.
Deze informatie kun je ook gebruiken in je eindpresentatie!
Slide 8 - Slide
Les 2
Groepspresentaties
Uitleg taal en Karel ende Elegast
Filmpje met vragen
Slide 9 - Slide
Hoe vaak werd er een hofdag gehouden?
A
één keer per jaar
B
twee keer per jaar
C
drie keer per jaar
D
vier keer per jaar
Slide 10 - Quiz
Het feodale stelsel (of leenstelsel) houdt in dat.....
A
De koning zijn land zelf bestuurt met behulp van ministers
B
De koning het bestuur van delen van het rijk aan de adel overliet, in ruil voor trouw
Slide 11 - Quiz
De middeleeuwse maatschappij was theocentrisch. Wat betekent dat? In het dagelijks leven ...
A
... staat de wetenschap centraal.
B
... staan God en godsdienst centraal.
C
... staan geld en economie centraal.
D
... staat iemand die Theo heet centraal.
Slide 12 - Quiz
Middeleeuwse literatuur is bedoeld om .....
A
te lezen
B
te luisteren
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Video
Met welk voorbeeld kun je de tekst van Karel ende Elegast waarschijnlijk vergelijken?
A
fragment van 500 jaar geleden
B
fragment van 1000 jaar geleden
C
fragment van 1500 jaar geleden
Slide 15 - Quiz
Literatuur in de middeleeuwen
Rijm
Luisteren
Middelnederlands
Andere woorden
Dubbele ontkenningen
Klanken
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
Vragen bij filmpje
1. Op het leven van welke Karel is dit verhaal gebaseerd? 2. Wat is het verschil met de verhalen over koning Arthur? 3. Waarom moet de engel de opdracht om te gaan stelen driemaal herhalen? Geef twee redenen. 4. Waarom is de dichter Jacob van Maerlant het niet eens met het verhaal over Karel ende Elegast? 5. In welke landen kom je het verhaal Karel ende Elegast allemaal tegen?
Slide 19 - Slide
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 20 - Open question
Les 5
Quizvragen
Uitleg ridderromans
Opdracht
Slide 21 - Slide
Hoe vaak verschijnt de engel aan Karel voordat hij uit stelen gaat?
A
1
B
3
C
2
D
4
Slide 22 - Quiz
Waarom moest de engel zijn boodschap aan Karel drie keer herhalen?
A
Karel was doof.
B
Karel sliep heel vast.
C
Drie was het getal van de duivel.
D
Drie was het getal van God.
Slide 23 - Quiz
Waarom stelde Karel aan Elegast voor om bij zichzelf in te breken?
A
Hij kon Elegast zo op de proef stellen
B
Dan zou niemand er iets van merken
C
Omdat Karel graag de juwelen van Elegast wilde
D
Daar was geen reden voor, het gebeurde toevallig
Slide 24 - Quiz
Wat betekent het Middelnederlandse woord 'lijf'?
A
lichaam
B
leven
C
lef
D
lief
Slide 25 - Quiz
Wat betekent het Middelnederlandse woord 'ors'?
A
oren
B
eerst
C
hond
D
paard
Slide 26 - Quiz
Welke kleur brengt Karel in verband met ongeluk?
A
Rood
B
Oranje
C
Zwart
D
Geel
Slide 27 - Quiz
Ridderliteratuur
1100: Voorhoofs, bloederig, oorlog, massagevechten, vrouwonterend, vechten voor God en voor het geloof, de koning vecht zelf (Karel de Grote, Karelromans)
1200: Hoofse, hoofse liefde, hoofse held tegen onhoofse schurk, vechten om respect te krijgen van deprinses, aan het hof van Koning Arthur (Arthurromans)
Slide 28 - Slide
Doelen ridderliteratuur
1. Ontspanning: aan de middeleeuwse hoven genoot men van lange en spannende verhalen over moed, trouw en liefde.
2. Voorbeeldfunctie: de lotgevallen van de romanfiguren dienden tot voorbeeld van de edelen die naar zulke verhalen luisterden.