Poëzie: bloemlezing en terminologie van de poëzieanalyse

Poëzie: bloemlezing en terminologie van de poëzieanalyse
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Poëzie: bloemlezing en terminologie van de poëzieanalyse

Slide 1 - Slide

Eigen strofe
klaarleggen op de bank

Slide 2 - Slide

Vertel me 5 dingen over Lisette Ma Neza

Slide 3 - Open question

Het sonnet staat op pagina
A
3
B
6
C
10
D
12

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Het rijmschema van dit sonnet is
A
ABBA ABBA CCD EED
B
ABBA ABBA CDC DCD
C
ABAB ABAB CCD CCE
D
ABBA ABAB CDE CDE

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

De volta ligt in dit gedicht op de traditionele plaats.
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Welk(e) gedicht(en) is volgens jou een vrij vers?
(verwijs met nr. van de pagina)

Slide 11 - Open question

Geef je voorbeeld van gepaard rijm (aabb).

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

Geef je voorbeeld van omarmend rijm, abba.

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

In welk(e) gedicht(en) is metrum belangrijk? Verwijs met paginanummer.

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Geef een voorbeeld van assonantie of alliteratie

Slide 18 - Open question

Welk vers is geen goed voorbeeld van een enjambement? (/ = een nieuwe regel begint)
A
p. 1 daar zaten we/hoog in de kersenboom
B
p. 6 want tussen droom en daad/staan wetten in de weg
C
p. 11 nu de zon nog/teder is
D
p. 16 de vierde en de negende trede/kraken

Slide 19 - Quiz

Welke vergelijking vond je? Verwijs met het paginanummer.

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Welk gedicht vind jij het mooist?

Slide 23 - Slide