Module 4 - Quelques verbes particuliers en -ER (p20)

  • Qu'est-ce qu'il fait?
  • Il mange!
1 / 22
next
Slide 1: Slide
FransSecundair onderwijs

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

  • Qu'est-ce qu'il fait?
  • Il mange!

Slide 1 - Slide

Manger = eten
je mange 
tu manges
il/elle/on mange
nous mangeons
vous mangez
ils/elles mangent

G+E devant a, o, u

Slide 2 - Slide

De volgende werkwoorden worden zoals MANGER vervoegd: (en dus ook G+E devant a, o, u)

  • ranger = opruimen
  • déménager = verhuizen
  • changer = veranderen
  • charger = opladen
  • partager = delen

Markeer deze werkwoorden op je overzicht!

Slide 3 - Slide

Conjugue le verbe changer (veranderen)!

Slide 4 - Open question

Conjugue le verbe partager (delen)!

Slide 5 - Open question

Commencer = beginnen

Let op! 
Nous commençons

c => ç devant a,o,u 

Slide 6 - Slide

De volgende werkwoorden worden zoals COMMENCER vervoegd: (en dus ook c => ç devant a,o,u)

  • placer = plaatsen
  • déplacer = verplaatsen
  • annoncer = aankondigen

Markeer deze werkwoorden op je overzicht!

Slide 7 - Slide

Conjugue le verbe placer (plaatsen)!

Slide 8 - Open question

jeter les dés 
= met de dobbelstenen gooien

je jett
tu jettes 
il/elle/on jett
nous jetons
vous jetez
ils/elles jettent
t => tt devant e muet

Slide 9 - Slide

Conjugue le verbe annoncer (aankondigen)!

Slide 10 - Open question

j'envoie
tu envoies
il/elle/on envoie
nous envoyons
vous envoyez
ils/elles envoient
envoyer = verzenden
y => i devant e muet

Slide 11 - Slide

De volgende werkwoorden worden zoals ENVOYER vervoegd: (en dus ook y => i devant e muet)

  • essayer = proberen
  • employer = gebruiken
  • nettoyer = schoonmaken

Markeer deze werkwoorden op je overzicht!

Slide 12 - Slide

Conjugue le verbe nettoyer (schoonmaken)!

Slide 13 - Open question

Conjugue le verbe essayer (proberen)!

Slide 14 - Open question

acheter = kopen
j'achète
tu achètes
il/elle/on achète
nous achetons
vous achetez
ils/elles achètent

e => è devant e muet

Slide 15 - Slide

Het volgende werkwoorden wordt zoals ACHETER vervoegd: (en dus ook e =>è devant e muet)

  • enlever = weghalen

Markeer dit werkwoord op je overzicht!

Slide 16 - Slide

Conjugue le verbe enlever (weghalen)!

Slide 17 - Open question

préférer = verkiezen
je préfère
tu préfères
il/elle/on préfère
nous préférons
vous préférez
ils/elles préfèrent
é => è devant e muet

Slide 18 - Slide

De volgende werkwoorden worden zoals PREFERER vervoegd: (en dus ook é => è devant e muet)

  • suggérer = suggereren
  • espérer = hopen
  • répéter = herhalen
  • compléter = vervolledigen

Markeer deze werkwoorden op je overzicht!

Slide 19 - Slide

Conjugue le verbe compléter (vervolledigen)!

Slide 20 - Open question

Conjugue le verbe répéter (herhalen)!

Slide 21 - Open question

Fais les exercices!
1.  Smartschool > Frans 1ste jaar > oefeningen > Audace 1: Module 4: "exercice - des verbes particuliers en -ER"

2.  Polpo > taken > Module 4: Quelques verbes particuliers en -ER p20 (deze taak staat op punten!)

3.  Maak p21 n°6 + verbeter in groen met de correctiesleutel op Polpo.

Slide 22 - Slide