5.3 Bevolkingsgroei en migratie BK1

1 / 37
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

500 - 1000 
1000-1500
Monniken en Ridders
Steden en Staten
Ontdekkers en hervormers
Regenten en vorsten
1500-1600
1600-1700
Middeleeuwen
Reformatie
Gouden Eeuw

Slide 4 - Drag question

Aan het begin van het tijdvak regeerde ____________________ over een groot rijk

Slide 5 - Open question

Rooms-Katholiek
A
Willem van Oranje
B
Filips II
C
Luther
D
Calvijn

Slide 6 - Quiz

Waarom vroeg de Spaanse koning zulke hoge belastingen?
A
Om grote paleizen te kopen
B
Om de oorlog te kunnen betalen
C
Om nog meer land te kunnen veroveren
D
Om de bevolking te verhongeren

Slide 7 - Quiz

In welke stad wonnen de watergeuzen voor het eerst van de Spanjaarden?
A
Leiden
B
Den Briel
C
Vlaardingen
D
Nijmegen

Slide 8 - Quiz

Wat is een republiek?

Slide 9 - Open question

Filips wordt koning.
Beeldenstorm
Start 80-jarige oorlog
Watergeuzen winnen in Den Briel
Moord op Willem van Oranje
Republiek der Zeven verenigde Nederlanden
Vrede van Munster 

Slide 10 - Drag question

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Mensen in arme landen hebben vaker grote gezinnen. Een reden is dat ze daardoor meer aanzien krijgen. Noem twee andere redenen.

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Als Stef naar Ierland verhuist voor zijn vriendin,dan is hij voor ons een...
A
Immigrant
B
Emigrant

Slide 24 - Quiz

Als Liam vanuit Portugal naar Nederland komt om hier te wonen, dan is hij voor ons een...
A
Immigrant
B
Emigrant

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

mensen willen bij hun familie of gezin gaan wonen.

mensen verlaten hun land om een natuurramp, bijvoorbeeld een overstroming.  

mensen zijn op de vlucht voor oorlog of ze worden vervolgd. Daarom willen ze naar een veiliger gebied.

mensen hebben geen werk of leven in armoede. Ze verhuizen voor werk en een beter inkomen.

Slide 34 - Drag question

Slide 35 - Slide

Opdracht 4, 5, 6  en 8

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide