To be

To Be
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

To Be

Slide 1 - Slide

Ik ben....wat is dat in Engels?

Slide 2 - Mind map

Hij is...

Slide 3 - Mind map

Wij zijn...

Slide 4 - Mind map

Welke drie vormen van " to be" heb je net gebruikt?

Slide 5 - Mind map

werkwoord 'zijn'


verb 'to be'
'To be'

Ik
ben
Jij
bent
zij
is
Hij 
is
Het
is
Wij
zijn
Jullie
zijn
Zij
zijn
I
am
I'm
You
are
You're
She
is
She's
He
is
He's
It
is
It's
We
are
We're
You
are
You're
They
are
They're

Slide 6 - Slide

You...(to be) a nice person.
(Missing part only)

Slide 7 - Open question

They ...(to be) big football fans.

Slide 8 - Open question

He ...(to be) late.

Slide 9 - Open question

We ..(to be) best friends.

Slide 10 - Open question

I ...(to be) really tired.

Slide 11 - Open question

James ..(to be) at school.

Slide 12 - Open question

Mary and James ...(to be) really good friends.

Slide 13 - Open question

When you are done, use your chromebook for extra practice. (magister-leermiddelen-new interface-unit 1 friends- grammar to be)

Slide 14 - Slide

werkwoord 'zijn'


verb 'to be'
'To be'
negative
(negatief)
I
am not
I'm not
You
are not
You're not
She
is not
She's not
He
is not
He's not
It
is not
It's not
We
are not
We're not
You
are not
You're not
They
are not
They're not
Ik
ben niet
Jij
bent niet
zij
is niet
Hij 
is niet
Het
is niet
Wij
zijn niet
Jullie
zijn niet
Zij
zijn niet

Slide 15 - Slide

werkwoord 'zijn'


verb 'to be'
'To be'
question
(vragend)
Ben
ik?
Ben
jij?
Is
zij?
Is
hij?
Is
het?
Zijn
wij?
Zijn
jullie?
Zijn
zij?
Am
I
Are
you?
Is
she?
Is
he?
Is
it?
Are
we?
Are
you?
Are
they?

Slide 16 - Slide

Maak de ontkenning (-) met 'to be':
She ...... (not, to be) happy.

Niet afkorten! Alleen ontbrekende woorden

Slide 17 - Open question

Maak de ontkenning met 'to be'.
John and I ..... (not, to be) a couple.

Slide 18 - Open question

Maak een vragende zin met 'To Be'
...you going to the party tonight?

Slide 19 - Open question

Maak een vragende zin met 'To Be',
....he a good football player?

Slide 20 - Open question

Ik snap deze grammatica

A
Nee
B
Meer dan een beetje, maar ik heb nog steeds mijn twijfels
C
Een beetje
D
Ja

Slide 21 - Quiz

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 22 - Open question