Tijdens de Eerste Wereldoorlog vochten de Centralen en de Geallieerden tegen elkaar.
Sleep de gebeurtenissen die te maken hebben met de oorzaken naar de juiste plek.
Hier werd de kroonprins van Oostenrijk-Hongarije vermoord
Dit land mobiliseerde als eerste het leger
Hier vond de aanleiding voor WOI plaats
Dit land koesterde wraakgevoelens voor Duitsland sinds de vorige oorlog
Dit land opende als eerste de aanval op het vijandige bondgenootschap
Dit land beschuldigde Servië van terrorisme
1 / 35
next
Slide 1: Drag question
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4
This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Tijdens de Eerste Wereldoorlog vochten de Centralen en de Geallieerden tegen elkaar.
Sleep de gebeurtenissen die te maken hebben met de oorzaken naar de juiste plek.
Hier werd de kroonprins van Oostenrijk-Hongarije vermoord
Dit land mobiliseerde als eerste het leger
Hier vond de aanleiding voor WOI plaats
Dit land koesterde wraakgevoelens voor Duitsland sinds de vorige oorlog
Dit land opende als eerste de aanval op het vijandige bondgenootschap
Dit land beschuldigde Servië van terrorisme
Slide 1 - Drag question
Waarom zijn er in WOI zoveel soldaten omgekomen?
Slide 2 - Open question
In de Eerste Wereldoorlog werden veel
nieuwe wapens uitgevonden. Sleep de naam van de wapens naar de juiste afbeelding.
mitrailleur
tank
vliegtuig
vlammenwerper
gifgas
duikboot
Slide 3 - Drag question
Waarom is WOI een totale oorlog?
Slide 4 - Open question
Hieronder zie je een aantal plaatsen in Europa die een rol hebben gespeeld in de Eerste Wereldoorlog. Koppel aan elke plek de juiste omschrijving.
Sarajevo
België
Rusland
(vlak bij) Parijs
Begin Eerste Wereldoorlog
Oostfront
Onderhandelingen Vredesverdrag
Westfront
Slide 5 - Drag question
Duitse Keizer
Slide 6 - Slide
Wat wil de tekenaar zeggen over Duitsland? Hoe laat hij dat zien?
Slide 7 - Open question
Met welk doel bedacht Duitsland het Von Schlieffenplan?
Slide 8 - Open question
Nederland en België
Slide 9 - Slide
Wat weet je nu over Nederland en over Belgie?
Sleep de letters naar het juiste land.
- Aangevallen door Duitsland
- Veel slachtoffers
- Neutraal gebleven
- mensen vluchten er vandaan
- Streng bewaakte grenzen
distributiesysteem, voedsel op de bon
Nederland
Belgie
A.
B.
C.
D.
E.
F.
Slide 10 - Drag question
Slide 11 - Slide
Wat is de mening van de tekenaar over de neutraliteit van Nederland?
Slide 12 - Open question
Wie legde het dodendraad aan?
A
Belgen
B
Duitsers
C
Engelsen
D
Nederlanders
Slide 13 - Quiz
Waarom werd het dodendraad opgezet?
A
Om smokkel tegen te gaan
B
Om spionnen tegen te houden
C
Om dieren tegen te houden
D
Om te zorgen dat Nederlanders niet mee gingen doen met de oorlog
Slide 14 - Quiz
Nederland tijdens WO1. Welke is NIET juist?
A
mobilisatie
vluchtelingen
neutraal
B
dodendraad
smokkelen
geen partij kiezen
C
Neutraal
Tegen Duitsland
Dodendraad
D
vluchtelingen
Het leger sterk maken
geen partij kiezen
Slide 15 - Quiz
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd in Nederland het distributiestelsel ingevoerd. Waarom was het distributiestelsel nodig? En voor welke groep was dit stelsel bedoeld?
A
Het was nodig vanwege de Dodendraad, en het was alleen bedoeld voor Belgische vluchtelingen.
B
Het was nodig vanwege de Dodendraad, en het was bedoeld voor alle burgers.
C
Het was nodig vanwege de handelsbelemmeringen, en het was alleen bedoeld voor Belgische vluchtelingen.
D
Het was nodig vanwege de handelsbelemmeringen, en het was bedoeld voor alle burgers.
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Slide
Dit tijdschrift is uitgegeven in 1915. Wat zou de maker van deze tekening bedoeld hebben?
A
Nederland was neutraal tijdens WOI.
B
Duitse soldaten controleerden de Nederlandse grens vanwege Belgische en Franse vluchtelingen.
C
Het Nederlandse leger stond vier jaar lang paraat.
D
Het Nederlandse leger liep qua ontwikkelingen erg achter op Frankrijk en Duitsland.
Slide 18 - Quiz
Klik op de vraagtekens om de zinnen te bekijken
Waarom is 1917 een keerpuntjaar?
Sleep de zinnen naar de juiste plek
Duitsland geeft zich over
Frankrijk geeft zich over
De Verenigde Staten stoppen met de oorlog
Franz-Ferdinand wordt vermoord
Door de Russische Revolutie stopt Rusland met de oorlog
Duitsland wordt bondgenoot van Rusland
De Verenigde Staten raken betrokken bij de oorlog
Nederland wordt neutraal
Slide 19 - Drag question
interbellum en WOII
Slide 20 - Slide
Zet op volgorde van tijd
Hitler zijn mislukte staatsgreep
Verdrag van Versailles
Beurskrach
Hitler schrijft Mein Kampf
Mussolini komt aan de macht in Italië
Hyperinflatie in Duitsland
Slide 21 - Drag question
Hieronder staan vijf gebeurtenissen die te maken hebben met Duitsland in het interbellum. Sleep deze gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger maar later.
1
2
3
4
5
De Republiek van Weimar wordt uitgeroepen
Duitsland krijgt economische steun in de vorm van het Dawesplan
Duitsland valt Polen binnen
Kristallnacht
Hitler schaft de parlementaire democratie af
Slide 22 - Drag question
Hyperinflatie
Beurscrash
1929
1924
Wereldwijde invloed
Duitse aangelegenheid
Oorzaak: hoge herstelbetalingen
Oorzaak: Overproductie in de industrie
Oorzaak: Duitse oproep tot staken
Oorzzaak: Frankrijk bezet Saarland
Oorzaak: Slecht toezicht op de banken
Gevolg: Dawesplan
Gevolg: Duitsland herstelt zich economisch
Gevolg: Dawesplan stopt
Gevolg: Republiek van Weimar weet geen oplossing
Slide 23 - Drag question
Waarom mislukte de Volkenbond?
Slide 24 - Open question
Deze afbeeldingen gaan over:
A
Hyperinflatie
B
Staatsgreep
C
Holocaust
D
Dolkstootlegende
Slide 25 - Quiz
Nationaalsocialisme
Hoort er niet bij
Antidemocratisch
socialistisch
Totalitair
Rassenleer
Parlement
Slide 26 - Drag question
Waarom leidde de Rijksdagbrand het einde van de Weimarrepubliek in?
Slide 27 - Open question
Sleep de goede eigenschappen naar het juiste stelsel.
Communisme
Kapitalisme
Democratie
Sovjet-Unie
Verenigde-Staten
Vrije markteconomie
Planeconomie
Totalitaire staat
Gelijkheid
Consumptie-maatschappij
Slide 28 - Drag question
1919
1929
Versailles
Crisis
Veel Duitsers ontevreden
NSDAP krijgt veel stemmen
Rijksdagbrand
Machtigingswet
Slide 29 - Drag question
Vraag 6: Plaats de zinnen in de goede volgorde.
1
2
3
4
De Joden moeten een gele ster dragen en worden gepest en gediscrimineerd.
De leider van de NSDAP vindt dat Joden minderwaardige mensen zijn.
De nazi’s besluiten om de Joden in de veroverde gebieden uit te roeien.
In concentratiekampen zijn zeker zes miljoen Joden gedood.
Slide 30 - Drag question
Lees de gebeurtenissen hieronder. Maak de juiste combinaties van oorzaak en gevolg.
A op 27 februari 1933 staat het regeringsgebouw in brand
B Door de noodtoestand heeft het parlement niks meer te zeggen.
C Begin maart 1933 haalt de NSDAP 44% van de stemmen.
D Een meerderheid van het Duitse parlement stemt in met een wet die Hitler alle macht geeft.
1 Hitler roept de noodtoestand in Duitsland uit.
2 Hitler moet blijven samenwerken met andere partijen.
3 Er komt een eind aan de parlementaire democratie in Duitsland
4 Hitler geeft het bevel om politieke tegenstanders op te pakken.
Slide 31 - Drag question
Sleep het juiste begrip naar de juiste uitleg.
Fascistische partij in Duitsland onder leiding van Hitler
De inlijving van Oostenrijk bij Duitsland in 1938
Oorlogvoering waarbij het doel was zeer snel en in enkele gerichte aanvallen de vijand uit te schakelen
Het wegvoeren van Joden naar vernietigings- kampen
Het veranderen van de samenleving in een nationaal-socialistische samenleving
Gewelddadige zoekactie tijdens WO II waarbij mensen van de straat of uit hun huis werden gehaald om als arbeidskracht in Duitsland te gaan werken
NSDAP
Blitzkrieg
Deportatie
Anschluss
Razzia
Nazificatie
Slide 32 - Drag question
Fascisme en nationaalsocialisme
Exclusief nationaalsocialisme
Totalitair
Enige taak vrouw: baren!
Eén sterke leider
Ultranationalistisch
Geweld
Lebensraum
Jodenhaat
Slide 33 - Drag question
Vier omschrijvingen van nazi-organisaties in Duitsland:
Geef per omschrijving aan welke naam daarbij hoort.
Let op! Er blijft één naam over.
Vijf namen van nazi-organisaties in Duitsland:
een jeugdorganisatie om meisjes voor te bereiden op hun taak in de
maatschappij
een organisatie die onder andere concentratie- en
vernietigingskampen bewaakte
een door Hitler opgerichte knokploeg om partijvergaderingen van de
NSDAP te beschermen
een organisatie die bekend staat als de geheime politie in