Vormgeving kaart:
1. Woord = ww-spelling
2. Regel = tegenwoordige tijd. Enkelvoud, Ik-vorm = zonder t
Enkelvoud jij/hij = ik-vorm + t, meervoud = wij lopen
3. Zin = Ik loop, loop ik/jij?, jij loopt, hij loopt, wij lopen
4. Vier van hetzelfde (pv tt): loop, ga, fiets, maak