1. In kaart brengen van signalen met behulp van de signalenkaart(de kindcheck).
2. Overleggen met een collega of indien nodig met Veilig Thuis.
3. In gesprek gaan met de betrokkene(n) om zorgen te bespreken.
4. Afweging maken van de ernst van de situatie. Bij twijfel kan altijd contact worden opgenomen met Veilig Thuis.
5. Een beslissing nemen. Het afwegingskader in de meldcode helpt de professional bij het nemen van een beslissing.