Hoofstuk 2, paragraaf 3.1, deel 2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Veel leerlingen vroegen zich dit af. Waarom een zeil over een gletsjer? Filmpje als introductie laten zien. 

Vandaag

- Paragraaf 3.1 afmaken

- Vragen over het huiswerk

- Zelfstandig werken

Leerdoelen

- Je kent een aantal feiten dat aantoont dat de aarde opwarmt.

- Je begrijpt waarom de aarde opwarmt en welke gevolgen dat heeft voor het leven op aarde.

- Je kunt een aantal gebieden aanwijzen waar de klimaatverandering zichtbaar is en je kunt met verschillende toekomstscenario’s werken.

Wat weten we nog?

- Pak een blaadje en maak daarop met een tekening duidelijk hoe het versterkt broeikaseffect werkt. 

Wat weten we nog?

- Pak een blaadje en maak daarop met een tekening duidelijk hoe het versterkt broeikaseffect werkt. 

Waar ging het de vorige les nog meer over?

Gevolgen

- Vroeger: Lokaal (veel energie door spierkracht)

- Nu: Mondiaal (veel energie met schadelijke brandstoffen)

Gevolgen

- Vroeger: Lokaal (veel energie door spierkracht)

- Nu: Mondiaal (veel energie met schadelijke brandstoffen

- We dragen namelijk bij aan een verandering in de atmosfeer

Belangrijkste gevolgen

1. Stijging zeespiegel

Malediven, klimaatwetenschappers schatten dat voor het einde van de eeuw de eiland weg zullen zijn door de stijging van de zeespiegel. 

Belangrijkste gevolgen

2. extremer weer

Camping roermond

Belangrijkste gevolgen

3. Daling van de landbouwopbrengst

Belangrijkste gevolgen

4. Bevaarbaarheid rivieren neemt af

Filmpje over droogte, worden al zeker twee van de vier gevolgen benoemd. 

- Kijk al je gemaakte opdrachten na!

- Maak een samenvatting/mindmap van par. 3.1

- Leer de begrippen uit par. 3.1

Huiswerk

Leerdoelen

- Je kent een aantal feiten dat aantoont dat de aarde opwarmt.

- Je begrijpt waarom de aarde opwarmt en welke gevolgen dat heeft voor het leven op aarde.

- Je kunt een aantal gebieden aanwijzen waar de klimaatverandering zichtbaar is en je kunt met verschillende toekomstscenario’s werken.