Productiefunctie en wet toe- en afnemende meeropbrengsten
Het aanbod van producten
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Het aanbod van producten
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
je weet wat een productiefunctie is
je kunt de wet van de toe- en afnemende meeropbrengsten uitleggen en toepassen in een grafiek
Slide 2 - Slide
De productiefunctie
Wat is het gevolg van het toevoegen van een productiefactor op de stijging van de productie?
Kernwoorden:
- productiefunctie
- constante, toe- en afnemende meeropbrengsten
Slide 3 - Slide
De productiefunctie
De productiefunctie geeft het verband tussen de productie en de hoeveelheid ingezette productiefactoren.
Als er meer werknemers worden aangenomen in een bedrijf, of als een werknemer meer uur gaat werken, neemt de productie toe. Maar, de stijging van de productie hoeft niet altijd hetzelfde te zijn.
Slide 4 - Slide
Meeropbrengsten
Er kan sprake zijn van:
toenemende meeropbrengsten: de productie neemt steeds meer toe.
afnemende meeropbrengsten: de productie neemt steeds minder toe.
constante meeropbrengsten: de productie neemt steeds met dezelfde hoeveelheid toe.
Slide 5 - Slide
Toe- en afnemende meeropbrengsten van een boomgaard
Een tuinder heeft een boomgaard met appelbomen.
Hiernaast staat hoeveel
hij kan produceren
(plukken) met
verschillende
hoeveelheden
werknemers:
Slide 6 - Slide
Een tuinder heeft een boomgaard met appelbomen.
Hiernaast staat hoeveel
hij kan produceren
(plukken) met
verschillende
hoeveelheden
werknemers:
Slide 7 - Slide
Tot welke hoeveelheid werknemers heeft de tuinder toenemende meeropbrengsten?
Tot ...... werknemers.
Slide 8 - Slide
Tot welke hoeveelheid werknemers heeft de tuinder toenemende meeropbrengsten?
Tot 3 werknemers.
Slide 9 - Slide
Toe- en afnemende meeropbrengsten kun je ook zien in de productiefunctie:
Eerst neemt de
hoeveelheid producten
steeds verder toe bij
toevoeging van een
extra werknemer,
daarna neemt
de stijging af.
Slide 10 - Slide
Het ontstaan van toe- en afnemende meeropbrengsten
Door bijvoorbeeld
- relatieve over- of onderbezetting van een
productiefactor
- arbeidsverdeling (1 + 1 = 3)
- routine en vermoeidheid
Slide 11 - Slide
Aan de slag
- Controleer opgave 1 t/m 3 van paragraaf 1 met het antwoordblad
- Maak opgave 1 tot en met 6 op pagina 47 en 48
Je hebt ca 15 minuten de tijd
- Vragen? Wacht even tot ik langsloop
- De laatste 5 minuten checken we de lesdoelen met 5 quizvragen
Slide 12 - Slide
De productiefunctie geeft
A
de door consumenten uitgeoefende vraag naar goederen en diensten weer.
B
de door producenten aangeboden hoeveelheid goederen weer.
C
een overzicht van de productiekosten weer.
D
de relatie weer tussen inzet productiefactoren en bijbehorende productie.
Slide 13 - Quiz
Toenemende meeropbrengsten
Constante meeropbrengsten
Afnemende meeropbrengsten
Slide 14 - Drag question
In een fabriek wordt een machine bediend door een operator. Het inzetten van een extra machine met een extra operator zal leiden tot:
A
Toenemende meeropbrengsten
B
Constante meeropbrengsten
C
Afnemende meeropbrengsten
Slide 15 - Quiz
Als er in een fabriek sprake is van overbezetting zal het inzetten van een extra arbeidskracht leiden tot
A
Toenemende meeropbrengsten
B
Constante meeropbrengsten
C
Afnemende meeropbrengsten
Slide 16 - Quiz
De eerste medewerker produceert 100 producten per uur. Twee medewerkers produceren 300 producten per uur. Er is sprake van: