This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
English
Miss Baba
03.04.2024
2E
Slide 1 - Slide
Lesson schedule
-Warming-up (spelletje)
-Uitleg over grammatica
-Oefenen
-Bespreken
-Lesafsluiting
Slide 2 - Slide
Spel-instructies
1 iemand in het groepje zit op een stoel tegen het bord. De rest van het groepje probeert het woord dat op het bord staat te beschrijven in het Engels. Het groepje dat de meeste woorden goed heeft geraden binnen de tijd wint.
timer
2:00
Slide 3 - Slide
Welke woordgroepen heeft iedere zin?
Slide 4 - Open question
Slide 5 - Slide
Grammar: Woordvolgorde
'Wie - doet - wat (of wie) - waar - wanneer'
I rana marathonin New Yorklast year.
She methim at a baryesterday.
Tip: De P (plaats) komt voor de T (tijd) in het alfabet.
Als je de tijd wilt benadrukken dan plaats je tijd aan het begin van de zin!
Slide 6 - Slide
What is the correct word order?
A
Peter worked in the garden yesterday.
B
Peter worked yesterday in the garden.
Slide 7 - Quiz
What is the correct word order?
A
We will go next year to Thailand.
B
We will go to Thailand next year.
Slide 8 - Quiz
What is the correct word order?
A
My grandmother has lived her all her life.
B
My grandmother has lived all her life here.
Slide 9 - Quiz
What is the correct word order?
A
I met David for the first time in Amsterdam.
B
I met David in Amsterdam for the first time.
Slide 10 - Quiz
What is the correct word order?
A
We met our family from Canada in a restaurant last Sunday.
B
We met our family from Canada last Sunday in a restaurant.
Slide 11 - Quiz
Practice
Wat: Doe de opdracht uit je werkblad. Zet de woorden in de juiste zinsvolgorde. Er zijn soms meerdere mogelijkheden.
Hoe: Individueel
Hulp: Check blz. 124 na voor extra uitleg over de grammatica
Tijd: 10 minuten
Klaar: Zorg ervoor dat opdrachten 5 en 6 (op blz. 95 en 96 uit je boek af zijn) Als dat gedaan is mag je iets voor jezelf doen.