Verwijswoorden hoofdstuk 4

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Lezen

5 min.

In stilte

Wat is het verwijswoord in de volgende zin?
Christiano Ronaldo is de beste voetballer van de wereld, want hij heeft de gouden bal gewonnen.

1. Christiano Ronaldo
2. Hij
3. Er staat geen verwijswoord in de zin.
4. De gouden bal

Het woord hij vervangt Christiano Ronaldo = verwijswoord.

Mij of mijn

Bij een bezit gebruik je de woorden mijn, jouw, zijn, haar, hun.

Bij geen bezit gebruik je de woorden: mij, jou, hij

Mij of mijn? vul het juiste woord in.
Dit is .... jas

Mijn. Bij een bezit gebruik je de woorden mijn, jouw, zijn, haar, hun.

Bij geen bezit gebruik je de woorden:

mij

jou

hij

Mij
Geeft dit woord een bezit aan?

Nee. Anders zou er mijn staan.

(taalverzorging, blz 148,149)

Zelfstandig werken 2

Opdracht 5 t/m 8

10 minuten

Klaar? opdracht 9 maken

Daarmee klaar? > laten zien

Vragen? eerst degene naast je, daarna aan docent (kom naar het bureau)

Jou of jouw? kies het juiste woord.
Is dit ... boek?

Jouw boek. Het is een bezit.

Wat is er niet goed in de volgende zin? Ik heb gisteren me kamer opgeruimd.

Kamer is een bezit, dus gebruik je mijn.