1. Een hartje vouwen van geld.
2. Moet, vouw, druk, draai (om), doe, ga.
3. dan, eerst
4. .Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Nee, alles is duidelijk
of: Ja, ik heb een vraag. Kun je alle formaten briefgeld in een hartje vouwen?
5.Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Wanneer je geld voor een verjaardag wil geven.