Beroepsgericht: Wonen

• Sociaal werk
• MBO
• Studiejaar 4

Beroepsgericht 

Frances Tuppert/Anne Naus

Periode 3, leerjaar 1, 2023

Week 3: Wonen

Hoe zit jij er bij vandaag?

😒🙁😐🙂😃

Hoeveel leefgebieden zijn er?

1. 5
2. 3
3. 7
4. 6

Welke leefgebieden zijn er?

1. Zingeving, wonen, financiën, lichamelijke gezondheid, psychische gezondheid, werk & activiteiten, sociale relaties
2. Werk & activiteiten, sport, financiën, sociale relaties, lichamelijke gezondheid, psychische gezondheid, sociale relaties
3. Zingeving, werk, thuis, lichamelijke gezondheid, psychische gezondheid, sociale relaties, financiën
4. Plezier & ontspanning, zingeving, wonen, financiën, lichamelijke gezondheid, psychische gezondheid, sociale relaties

'Aan welke rituelen of gebruiken hecht u waarde?' is een vraag die hoort bij het leefgebied:

1. Religie
2. Zingeving
3. Wonen
4. Sociale Relaties

Wat willen we vandaag bereiken?

• Je kunt benoemen wat de belangrijkste problematiek is op het leefgebied wonen
  
• Je kunt voor het leefgebied wonen minimaal 3 instanties benoemen die zich richten op dit leefgebied
  
• Je kunt voor het leefgebied wonen benoemen wat de taak van de Sociaal Werker op dit leefgebied kan zijn

Planning VGT 'Cliëntgericht werken: leefgebieden'

Les 1	Inleiding training ‘Cliëntgericht werken: leefgebieden’ Inleiding theorie 7 leefgebieden Movisie
Les 2	Leefgebied Zingeving
Les 3	Leefgebied Wonen
Week 4	Leefgebied Financiën
Week 5	Leefgebied Sociale Relaties
Week 6	Leefgebied Lichamelijke Gezondheid
Week 7	Leefgebied Psychische Gezondheid
Week 8	Leefgebied Werk & Activiteiten
Week 9	Interventies vanuit de 7 leefgebieden
Week 10	Naar eigen invulling wensen klas
Week 11	Projectweek

         Planning vandaag

• Wat is 'thuisvoelen'?
• Wat houdt het leefgebied 'wonen' in.
• Opdracht 1
• De sociaal werker en het leefgebied wonen
• Opdracht 2
• Terugblikken en afsluiten

Beantwoord de volgende vragen voor jezelf

1. Wat betekent 'thuis' voor jou?
2. Wat heb je nodig om je ergens thuis te voelen?

 Gebruik pen en papier of een Word document

Nabespreken opdracht: geef een aantal studenten de beurt om antwoord te geven op bovenstaande vragen. 

Gebruik de kaarten in plaats van de spinner bij een offline les

Waarom deze vragen?

Bewustwording van de kenmerken die een huis een 'thuis' maken:

• Inrichting van het huis 
• Plek van het huis (stad/dorp/buurt/wijk)
•  Mensen (en dieren) die in dat huis wonen
• Hoe gezond het huis is (tocht, schimmel)
• Of je jezelf kunt terugtrekken in het huis (privacy)
• Of je je beschermd en veilig voelt in het huis

Bij het begeleiden en ondersteunen van cliënten ga je uit van wat iemand wel kan.

Een belangrijk uitgangspunt is dat de client zoveeeeeel als mogelijk zelf de regie moet blijven voeren over zijn leven.

De eigen kracht van een client is bepalend in de begeleiding.

 Je staat daarbij niet boven, maar naast de client.. 

Je praat niet over maar met de client

Wonen 

• Huisvesting
• Buurt of wijk
• Vervoer
• Huishoudelijke Dagelijkse Levensverrichtingen (HDL)

Huisvesting:

- wat voor soort huis woon je?

- met wie woon je samen?

- woon je groot of woon je klein?

Buurt of wijk:

- welke voorzieningen heeft jouw buurt of wijk? 

- Is er een supermarkt?

- Zijn er sportverenigingen

- Is er een buurthuis

- Zijn er sportfaciliteiten?

- Zijn er andere (buurt)winkels?

- is er een bibliotheek? Is er een buurthuis?

Wat zijn essentiële huishoudelijke taken om zelfstandig te kunnen wonen?

Zelfstandig wonen lijkt eenvoudig:

• Wonen in een opgeruimde en schone leefomgeving
• Voorraden bijhouden & boodschappen doen
• Maaltijden bereiden
• Verzorgen van textiel (kleding, beddengoed)

Zelfstandig wonen lijkt eenvoudig. Toch komt er nog best veel bij kijken. Zo moet je zorgen dat je huis schoon blijft. Je moet bijvoorbeeld je kamer stofzuigen en je bed opmaken. Je moet de was doen en de keuken schoonmaken. Als je planten of huisdieren hebt, moet je deze ook verzorgen. Niet iedereen is in staat om dit allemaal zelf te plannen en te doen. Sommige mensen hebben hierbij ondersteuning nodig.

Hoe die leefomgeving eruitziet, heeft invloed op het welzijn van de gebruikers. In een met zorg ingerichte ruimte woon en werk je met meer plezier en kost het je minder energie. 

De gebruikers van de ruimte zijn vrolijker, actiever en meer ontspannen. 

Zorg voor de leefomgeving is dus om meerdere redenen belangrijk.

En wat gebeurd er als je dit niet doet…

01:35

Doen:

1. Welk probleem/welke problemen signaleer je bij dit gezin?

2. Waar zou jij als SW'er dit gezin bij kunnen ondersteunen?

Nabespreken opdracht

Als sociaal werker:

• Heb je een signalerende functie
• Heb je een verbindende functie 
• Heb je een doorverwijzende functie 

Opdracht

• Open de website in een nieuw tabblad (volgende slide)
• Kijk de eerste 6 minuten van de docu
• Beantwoord de volgende vragen voor jezelf:

1. Welke problemen op het leefgebied wonen signaleer je bij het gezin van Peter en Astrid

2. Waar zou jij als SW'er bij kunnen ondersteunen?

3.  Naar welke 3 instanties in Leiden zou jij dit gezin kunnen doorverwijzen?

www.npostart.nl

Nabespreken opdracht

Huiswerk :-) 

Doe je eigen was in de wasmachine en zet deze aan. 

Film dit en neem het filmpje mee naar de volgende les.

 

Wat vond je van deze les?

-110