Hoofdstuk 7 Criminaliteit

• Maatschappijkunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Voor de rechter

Feitje van de dag

In hoeveel rechtszaken deden rechters uitspraak in het jaar 2022 in Nederland?

Leerdoelen

1- Je kan de verschillende soorten rechtsinstanties en rechtbanken benoemen en uitleggen.

2- Je kan de verschillende fases van een rechtszaak benoemen en uitleggen.

3- Je kan verschillende personen die een rol spelen bij een rechtszaak benoemen en hun rol uitleggen.

4- Je kan uitleggen welke 4 vragen beantwoord moeten worden rondom het vonnis in een rechtszaak.

Nakijken

Bladzijden 68-71, de volgende opdrachten:

9, 11, 12, 13, 14, 16 en 17.

Rechtsinstanties

We hebben 3 soorten rechtsinstanties:

-rechtbanken (11)

-gerechtshoven (4)

-Hoge Raad (1)

Dagvaarding: de oproep om voor de rechter te verschijnen.

Rechtbanken

Nederland is opgedeeld in 11 regio's. Iedere regio heeft 1 rechtbank.

Verschillende soorten rechters:

-Kantonrechter -> voor lichte overtredingen

-Politierechter -> voor overtredingen en lichte misdrijven

-Meervoudige kamer -> voor zware misdrijven

Gerechtshoven

Als de verdachte of OVJ 'in hoger beroep' gaat na een rechtszaak, gaat de zaak naar 1 van de 4 gerechtshoven.

-> zij beoordelen de zaak opnieuw.

Hoge Raad

Gaat een verdachte of OVJ in hoger beroep (in cassatie gaan) tegen de uitspraak van een gerechtshof, gaat de zaak naar de Hoge Raad.

-> zij beoordelen alleen of het proces eerlijk is verlopen.

-> er wordt gekeken naar de jurisprudentie.

Belangrijke personen

Rechter(s)

Verdachte

Officier van Justitie (OvJ)

Advocaat

Getuigen

Slachtoffer(s)

Verloop rechtszaak

1- Controleren van persoonsgegevens

2- OvJ leest de aanklacht voor

3- Verhoren van eventuele getuigen en deskundigen

4- Verhoring van de verdachte door OvJ en de rechter

5- OvJ legt uit wat hij ervan vindt en eist een straf (requisitoir)

6- De advocaat van de verdachte mag spreken (pleidooi)

7- Laatste woord is voor de verdachte

8- Uitspraak door de rechter (vonnis)

Het vonnis

Op 3 vragen moet 'ja' worden beantwoordt:

1: Is er voldoende bewijs en is de verdachte dus schuldig?

2: Gaat het om een strafbaar feit?

3: Is de verdachte strafbaar?

Dan komt vraag 4: welke straf of maatregel wordt opgelegd?

Maken

Maak opdrachten 1-8 van bladzijden 77-79.

Vraag? Steek even je hand op.

Klaar? Even rust:)

Je maakt deze vragen even alleen.

Na de  tijd kijken we het na.

Maken

Maak de volgende opdrachten van bladzijden 80-83:

9 t/m 16,  opdracht 13 hoeft niet.

Dit maak je alleen, je mag wel oortjes in.

Vraag? Steek even je hand op.

Klaar? Even rust:)

Na de tijd gaan we het klassikaal bespreken.

Kijkvragen Bureau Rotterdam

1 - Welke taken van de politie zie je voorbij komen in het gekeken stuk? Noem er minimaal 3.

2 - Welke bevoegdheden van de politie zie je terug komen in het gekeken stuk? Noem er minimaal 3.

3 - Op welke manier zie je de begrippen rechtsbescherming en/of rechtshandhaving terugkomen? Noem 2 voorbeelden.

Maken

Maak de begrippenlijst en samenvatting van bladzijden 84 en 85.

Je maakt dit alleen, maar je mag oortjes in.