Het is voor mij belangrijk dat ik in vrijheid leef.
--> Het is voor mij belangrijk om in vrijheid te leven.
> Für mich ist es wichtig, dass ich in Freiheit lebe.
> Für mich ist es wichtig, in Freiheit zu leben.
Slide 6 - Slide
Komma (3)
Uitbreidende bijvoeglijke bijzin
Een uitbreidende bijzin geeft extra informatie over het zelfstandig naamwoord, en kan weggelaten worden.
> In het Duits zet je de uitbreidende bijzin tussen twee komma's.
Slide 7 - Slide
Uitbreidend:
Voorbeeld:
Sinaasappels die veel vitamine C bevatten, kunnen een verkoudheid voorkomen.
> Orangen, die viel Vitamin C enthalten, können eine Erkältung verhüten.
Slide 8 - Slide
Komma
Ook zet je komma's bij de volgende zinnen:
- indirecte vraagzinnen
- voor of na een aanspreking
Er fragt, wo das Auto steht.
Thomas, kommst du mit?
Slide 9 - Slide
Falsch oder richtig? Komma? Ich freue mich dass du mich besuchen willst.
A
falsch
B
richtig
Slide 10 - Quiz
Nimm das Geld oder lass es bleiben.
A
falsch
B
richtig
Slide 11 - Quiz
Er glaubt daran in die nächste Klasse versetzt zu werden.
A
falsch
B
richtig
Slide 12 - Quiz
Ich kenne niemanden der zu dieser Party geht.
A
falsch
B
richtig
Slide 13 - Quiz
Das Examen das wir morgen machen ist einfach.
Slide 14 - Open question
Der Lehrer fragt ob gestern vorgestern oder vorvorgestern der Schüler der fragt wann der Unterricht beginnt gesehen hat dass auf der Tafel stand es sei gut pünktlich zu sein.