Examentraining

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Examentraining

Vandaag hoofdstuk 4

blz 130 - 133

Start met Werkgelegenheid in Nederland

Sinds het 1e kwartaal steeg de werkgelegenheid.

Het aantal banen steeg harder dan de werkgelegenheid in arbeidsjaren.

Verklaring: mensen gaan vaker in deeltijd werken 

(er zijn dan dus meer mensen nodig voor dezelfde hoeveelheid werk)

Vraag 1 is dus antwoord A

Seizoensgecorrigeerde werkgelegenheid 

houdt rekening met de seizoensinvloeden.

Conclusie: in de zomer zijn er meer banen dan in de rest van het jaar, dus wordt de werkgelegenheid naar beneden gecorrigeerd

Vraag 2 is dus antwoord A

Loonmatiging leidt tot meer werkgelegenheid

ADHD                                                                           vraag 3

ALS de lonen minder sterk stijgen DAN kunnen de prijzen gaan dalen (of minder sterk gaan stijgen). HIERDOOR zal de vraag naar producten stijgen, DUS de productie en werkgelegenheid stijgen.

ALS de lonen minder sterk stijgen DAN verbetert de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven. HIERDOOR  verkopen ze meer producten (aan het buitenland) DUS de productie en de werkgelegenheid in Nederland stijgen. 

Loonmatiging leidt tot werkloosheid                                 

loonmatiging

lagere koopkracht

lagere productie

minder werkgelegenheid

werkloosheid

Vraag 4 is dus antwoord A

Wie heeft er volgens jou gelijk                                        vraag 5                         

Ik denk dat de voorzitter van de werkgeversorganisatie gelijk heeft, want bij structurele werkloosheid is loonmatiging doorgaans goed voor de economie, omdat hierdoor de arbeid minder duur wordt en de werkloosheid zal afnemen (of minder zal groeien). 

OF

Ik denk dat de andere economen gelijk hebben, want bij conjuncturele werkloosheid is loonmatiging doorgaans slecht voor de economie, omdat hierdoor de bestedingen nog meer zullen teruglopen en de werkloosheid kan toenemen. 

Hotels horen in welke productiesector?                                                     

Primair: landbouw, visserij

Secundair: industrie

Tertiair: commerciële dienstverlening

Quartair: niet-commerciële dienstverlening

Hotels willen winst maken dus tertiaire sector

Vraag 6 is dus antwoord C

Actieve beroepsbevolking 7.500 personen

Toeristische sector 75% dit is 7500/100 x 75 = 5.625 mensen

Hiervan is 40% werkzaam in deeltijd

5625 ÷ 100 × 40 = 2.250 personen die in deeltijd werken in de toeristische sector 

Vraag 7 is dus antwoord 2.250 personen

Werkloosheid door hogere arbeidsproductiviteit                vraag 8                         

Als de arbeidsproductiviteit stijgt, kan er met minder mensen evenveel (of meer) worden geproduceerd. Dus kan dit leiden tot ontslagen en dus (meer) werkloosheid

                                                                                   vraag 9                         

Er is sprake van werkloosheid als de vraag naar arbeid (1) kleiner is dan het aanbod van arbeid. 

Werkloosheid die ontstaat ten gevolge van een wijziging van de manier van produceren, noem je (2) structurele werkloosheid.

Dit is blijvende werkloosheid!

                                                                                 vraag 10                         

De procentuele werkloosheid is op 1 januari 2015 op Texel afgerond (1) 31,9% lager dan in heel Nederland. 

4,7-6,9 / 6,9 x 100 

De grootste procentuele daling van de werkloosheid op Texel, ten opzichte van het jaar daarvoor, vindt plaats in het jaar (2) 2006. 

2005 is het een stijging

2014 is het ook een stijging

Relatief goedkoop om pand te huren                             vraag 11 

ADHD

ALS de leegstand toeneemt toe, DAN staan er veel panden leeg, HIERDOOR zullen de eigenaren blij zijn als ze een pand wel kunnen verhuren DUS kunnen de huurprijzen dalen.